Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 22 maart 2024, met bijlagen;
- het antwoord;
- de repliek met een vermindering van eis, met bijlagen;
- de dupliek (de brief/e-mail van [persoon A] namens [gedaagde] ).
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak vordert de Onderlinge Waarborgmaatschappij DSW Zorgverzekeraar U.A. betaling van onbetaalde zorgpremies van de gedaagde, die zelf procedeert. De gedaagde erkent de onbetaalde premies, maar betwist de bijkomende kosten. De gedaagde heeft een betalingsregeling gemist door persoonlijke omstandigheden en verzoekt om een nieuwe regeling van € 50,- per maand. DSW stelt dat de gedaagde meerdere kansen heeft gehad om te betalen en dat er nog een bedrag openstaat. Gedurende de procedure heeft de gedaagde € 350,- aan hoofdsom afgelost, waarna DSW haar eis heeft verlaagd. De kantonrechter heeft de gewijzigde eis van DSW toegewezen, waarbij de gedaagde € 279,30 aan hoofdsom en bijkomende kosten moet betalen. De kantonrechter heeft ook de incassokosten en rente toegewezen, omdat de gedaagde de verschuldigdheid hiervan niet heeft betwist. De kantonrechter kan geen betalingsregeling opleggen zonder instemming van DSW, maar partijen kunnen zelf afspraken maken. De proceskosten zijn begroot op € 800,50, die de gedaagde ook moet betalen. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.