Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 18 januari 2024, met bijlagen;
- het antwoord van [gedaagde] van 1 februari 2024;
- de e-mail van 7 februari 2024 (20:17 uur) van [gedaagde] aan [eiseres];
- de e-mail van 7 februari 2024 (20:54) van [eiseres] aan [gedaagde];
- de e-mail van 30 mei 2024 van [eiseres] aan [gedaagde];
- de brief van 31 mei 2024 van [eiseres] met bijlagen.
2.Het geschil
- voor recht te verklaren dat [gedaagde] aansprakelijk is voor de door [eiseres] geleden schade aan haar auto;
- [gedaagde] te veroordelen aan haar te betalen € 5.311,90 met rente;
- [gedaagde] te veroordelen op last van dwangsom mee te werken aan het betalen van de herstelkosten;
- [gedaagde] te veroordelen in de proceskosten, waaronder de kosten voor het opstellen van de dagvaarding van € 400,00 en nakosten met rente;
- het vonnis uitvoerbaar bij voorraad te verklaren.
Het staat niet vast dat de schade aan de auto is veroorzaakt doordat het verkeersbord van [gedaagde] op de auto is gewaaid. Het zou ook zo kunnen zijn dat tegen het bord is aangereden of er kan sprake zijn van vandalisme. [gedaagde] heeft om camerabeelden gevraagd waaruit de toedracht zou blijken maar die heeft zij niet ontvangen.