ECLI:NL:RBROT:2025:10170

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
12 augustus 2025
Publicatiedatum
21 augustus 2025
Zaaknummer
10-249277-23
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor het bezit van kinderpornografische afbeeldingen met taakstraf

Op 12 augustus 2025 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het bezit van kinderpornografische afbeeldingen. De verdachte, geboren in 2001, werd bijgestaan door advocaat mr. M.J. Bouwman. Tijdens de zitting op 29 juli 2025 werd het bewijs tegen de verdachte besproken, waarbij de officier van justitie een taakstraf van 180 uur eiste, te vervangen door 90 dagen hechtenis. De verdediging voerde aan dat de verdachte niet opzettelijk kinderpornografisch materiaal had verworven, maar dat het materiaal bijvangst was van zijn verslaving aan pornografie. De rechtbank oordeelde dat de verdachte wel degelijk voorwaardelijk opzet had op het bezit van kinderpornografisch materiaal, aangezien hij wist dat hij ook dergelijk materiaal downloadde en dit niet verwijderde. De rechtbank sprak de verdachte partieel vrij van enkele afbeeldingen, maar oordeelde dat hij wettig en overtuigend schuldig was aan het bezit van kinderpornografische afbeeldingen op 5 oktober 2023. De rechtbank legde een taakstraf op van 120 uur op, waarbij rekening werd gehouden met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, waaronder zijn succesvolle behandeling voor zijn verslaving en het lage recidiverisico. De rechtbank benadrukte de ernst van het feit en de impact op de slachtoffers van kinderpornografie, maar besloot af te zien van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf, gezien de jonge leeftijd van de verdachte en zijn inzicht in de ernst van zijn daden.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team straf 3
Parketnummer: 10-249277-23
Datum uitspraak: 12 augustus 2025
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] 2001 te [geboorteplaats],
ingeschreven in de Basisregistratie Personen op het adres:
[adres],
mr. M.J. Bouwman, advocaat te Zaandam.

1.Onderzoek op de terechtzitting

Gelet is op het onderzoek op de terechtzitting van 29 juli 2025.

2.Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding. De tekst van de tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3.Eis officier van justitie

De officier van justitie mr. B.M. van Heemst heeft gevorderd:
  • bewezenverklaring van het tenlastegelegde;
  • veroordeling van de verdachte tot een taakstraf van 180 uur, te vervangen door 90 dagen hechtenis, waarvan 60 uur voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar.

4.Waardering van het bewijs

4.1.
Bewijswaardering
4.1.1.
Standpunt verdediging
De verdediging heeft zich primair op het standpunt gesteld dat de verdachte dient te worden vrijgesproken omdat de tenlastegelegde afbeeldingen moeten worden aangemerkt als bijvangst. De verdachte was verslaafd aan het bekijken van porno en downloadde dwangmatig grote hoeveelheden beeldmateriaal. De interesse van de verdachte lag niet bij kinderpornografisch beeldmateriaal. Op de gegevensdragers van de verdachte zijn duizenden afbeeldingen aangetroffen. Van die enorme hoeveelheid zijn slechts 52 afbeeldingen tenlastegelegd wegens een kinderpornografisch karakter. Om die reden is geen sprake van (voorwaardelijk) opzet op het verwerven en bezitten van kinderpornografisch beeldmateriaal op of omstreeks 5 oktober 2023. Vaak blijkt in vergelijkbare zaken dat er met bepaalde termen naar beeldmateriaal is gezocht, en dat ontbreekt in dit dossier.
Subsidiair wordt bepleit dat de verdachte dient te worden vrijgesproken van afbeeldingen 5 en 6 omdat twijfelachtig is of deze als kinderpornografisch moeten worden aangemerkt.
4.1.2.
Beoordeling
De rechtbank is van oordeel dat de verdachte minst genomen voorwaardelijk opzet had op het bezitten van kinderpornografisch beeldmateriaal. De verdachte heeft op de zitting verklaard dat hij wist dat met het downloaden van pornografisch beeldmateriaal ook kinderpornografisch beeldmateriaal werd gedownload. Hij is desondanks doorgegaan met het downloaden ervan en heeft de kinderporno niet, althans niet steeds, verwijderd, nu immers op 5 oktober 2023 dergelijk materiaal is aangetroffen. Bovendien heeft hij tijdens zijn verhoor bij de politie verklaard dat de mediabestanden in mapjes zaten toen hij het downloadde, waarbij hij heeft gespecificeerd dat één van de onderwerpen kinderporno betrof. Bij het downloaden was hij zich dus reed bewust van de eigenschappen van de mediabestanden in deze map. Uit het dossier kan niet worden opgemaakt wanneer de verdachte het materiaal heeft verworven dan wel zich de toegang hiertoe heeft verschaft, zodat niet kan worden bewezen dat dit op de tenlastegelegde dag heeft plaatsgevonden. Hij zal van dat deel partieel worden vrijgesproken.
De verdediging heeft ten aanzien van enkele specifieke onderdelen van de tenlastelegging betwist dat het betreffende beeldmateriaal (5 en 6) daadwerkelijk de beschreven gedragingen tonen en de rechtbank gevraagd de afbeeldingen zelf te bekijken. Ter terechtzitting heeft de officier van justitie de toonmap echter niet kunnen tonen, zodat de rechtbank de beschrijving van het beeldmateriaal niet heeft kunnen toetsen. Gelet op het zeer beperkte aantal betwiste afbeeldingen, afgezet tegen de proceseconomische belangen en de hoogst beperkte invloed op de bewezenverklaring en strafmaat, acht de rechtbank het niet opportuun om de zaak aan te houden om de officier van justitie in de gelegenheid te stellen alsnog de toonmap ter toetsing te overleggen. De rechtbank zal de verdachte dan ook partieel vrijspreken van de onderdelen waartegen de verdediging verweer heeft gevoerd en die door rechtbank niet inhoudelijk getoetst konden worden.
4.1.3.
Conclusie
Op grond van al het voorgaande is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte de ten laste gelegde (virtuele) kinderpornografische afbeeldingen in zijn bezit heeft gehad op 5 oktober 2023. De rechtbank zal de verdachte partieel vrijspreken van de ten laste gelegde afbeeldingen 5 en 6.
4.2.
Bewezenverklaring
In bijlage II heeft de rechtbank de inhoud van wettige bewijsmiddelen opgenomen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Op grond daarvan, en op grond van de redengevende inhoud van het voorgaande, is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder ten laste gelegde heeft begaan op die wijze dat:
hij
op
of omstreeks5 oktober 2023 te Gorinchem,
in elk geval in Nederland,
afbeeldingen en/ofgegevensdragers, bevattende afbeeldingen, van seksuele
gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had
bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken,
heeft verworven,in bezit heeft
gehad
en/of zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met
gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft
welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit:
het met de/een penis anaal penetreren van de vagina van een persoon die kennelijk
de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en/of
het met de/een vinger(s) vaginaal penetreren van het eigen lichaam door een
persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
(afbeeldingen 1 en 2 toonmap en bijlage 3)
en
/of
het met de tong likken/aanraken van de vagina, althans schaamstreek, en/of tussen
de schaamlippen van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had
bereikt
en/of
het met de tong likken/aanraken van de vagina, althans schaamstreek, en/of tussen
de schaamlippen door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had
bereikt
(afbeeldingen 3 en 4 toonmap en bijlage 3)
en
/of
het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van/door een persoon die kennelijk
de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij deze persoon gekleed is en/of
poseert in een omgeving en/of in een (erotisch getinte) houding (op een wijze) die
niet bij haar leeftijd past en/of waarbij door het camerastandpunt en/of de
(onnatuurlijke) omgeving en/of de wijze van kleden van deze persoon nadrukkelijk
het (ontblote) geslachtsdeel van die persoon in beeld gebracht wordt (waarbij) de
afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt
tot seksuele prikkel.
(afbeeldingen
57t/m 11 toonmap en bijlage 3)
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.

5.Strafbaarheid feit

Het bewezen feit levert op:
een gegevensdrager bevattende een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, in bezit hebben, meermalen gepleegd.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het feit uitsluiten. Het feit is dus strafbaar.

6.Strafbaarheid verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit. De verdachte is dus strafbaar.

7.Motivering straf

7.1.
Algemene overweging
De straf die aan de verdachte wordt opgelegd, is gegrond op de ernst van het feit, de omstandigheden waaronder het feit is begaan en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. Daarbij wordt in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
7.2.
Feit waarop de straf is gebaseerd
De verdachte had kinderpornografische afbeeldingen van minderjarige meisjes (grotendeels tussen de 12 en 16 jaar oud) in bezit. Dit is een ernstig feit. Bij de productie van kinderpornografisch materiaal worden minderjarigen uitgebuit en gedwongen tot het poseren en het ondergaan van handelingen die op ernstige wijze inbreuk maken op hun lichamelijke integriteit. Hierbij wordt geweld vaak niet geschuwd. De verdachte heeft met zijn handelen bijgedragen aan de instandhouding van het misbruik van kinderen ten behoeve van dit beeldmateriaal. Dergelijk seksueel misbruik zal in de regel leiden tot ernstige lichamelijke en psychische schade bij de betrokken kinderen. Voor de effectieve bestrijding van kinderporno is het belangrijk dat niet alleen de personen worden aangepakt die kinderporno vervaardigen, maar ook degenen die kinderporno in hun bezit hebben. Deze laatste groep houdt immers de vraag naar kinderporno – en daarmee het seksueel misbruik van kwetsbare minderjarigen – in stand. De verdachte behoort tot deze laatste groep en heeft daarmee geen rekening gehouden met het welzijn van de kinderen die op de aangetroffen materialen zijn afgebeeld. Dit rekent de rechtbank de verdachte aan.
7.3.
Persoonlijke omstandigheden van de verdachte
7.3.1.
Strafblad
De rechtbank heeft acht geslagen op een uittreksel uit de justitiële documentatie van 24 juni 2025, waaruit blijkt dat de verdachte niet eerder is veroordeeld voor soortgelijke strafbare feiten.
7.3.2.
Rapportage
Reclassering Nederland heeft een rapport over de verdachte opgemaakt, gedateerd 24 juli 2025. Dit rapport houdt onder andere het volgende in. Gedurende de pleegperiode kampte de verdachte met eenzaamheid en somberheid. Het kijken naar pornografie, gamen en gokken waren voor hem manieren om zijn negatieve gevoelens te ontvluchten. Na zijn aanhouding is de verdachte direct gestart met een (vrijwillige) behandeling bij De Waag. Deze behandeling is succesvol afgerond. De verdachte kan nu beter omgaan met negatieve emoties en heeft een meer steunend sociaal netwerk. Het risico op recidive is – mede daardoor – ingeschat als laag.
7.3.3.
Verklaring van de verdachte
De verdachte heeft tijdens de mondelinge behandeling verklaard dat hij is geschrokken van de aanhouding. Hij is blij dat hij door de behandeling andere methodes heeft gevonden om te kunnen omgaan met stress. Hij sport meer, luistert naar muziek en gaat vaker uit. Hij was alleen geïnteresseerd in pornografisch beeldmateriaal van volwassenen. De verdachte heeft verklaard dat hij door de behandeling bij De Waag begrijpt waarom het bezit van kinderpornografisch beeldmateriaal strafbaar is, en dat hij hier spijt van heeft.
7.4.
Conclusies van de rechtbank
Gelet op hetgeen de rechtbank hierboven heeft overwogen, komt zij tot de volgende conclusies.
Gezien de ernst van het feit kan in beginsel niet anders worden gereageerd dan met het opleggen van een gevangenisstraf. De rechtbank zal echter afzien van het opleggen van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf omdat de verdachte verantwoordelijkheid voor zijn daden en inzicht in zijn daden heeft getoond en op eigen initiatief een behandeling van het onderliggende probleem succesvol heeft afgerond. Ook houdt de rechtbank rekening met de jonge leeftijd van de verdachte en het relatief gering aantal aangetroffen afbeeldingen. De verdachte lijkt zijn fouten inmiddels in te zien. In plaats van een gevangenisstraf wordt een taakstraf opgelegd. Aangezien de reclassering het risico op recidive als laag inschat en de verdachte na het plegen van het tenlastegelegde feit (en daarmee vanaf 2023) niet meer in aanraking is gekomen met justitie, ziet de rechtbank geen aanleiding om een deel van de taakstraf in een voorwaardelijk kader op te leggen.
Alles afwegend acht de rechtbank de hierna te noemen straf passend en geboden.

8.Toepasselijke wettelijke voorschriften

Gelet is op de artikelen 9, 22c, 22d en 240b (oud) van het Wetboek van Strafrecht.

9.Bijlagen

De in dit vonnis genoemde bijlagen maken deel uit van dit vonnis.

10.Beslissing

De rechtbank:
verklaart bewezen, dat de verdachte het ten laste gelegde feit, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;
stelt vast dat het bewezen verklaarde oplevert het hiervoor vermelde strafbare feit;
verklaart de verdachte strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een
taakstraf voor de duur van 120 (honderdtwintig) uren, waarbij Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
beveelt dat, voor het geval de veroordeelde de taakstraf niet naar behoren verricht, vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
60 (zestig) dagen.
Dit vonnis is gewezen door mr. D.F. Smulders, voorzitter,
en mrs. W.J.M. Diekman en J. van de Klashorst, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. C.M. Turfboer, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting op de datum die in de kop van dit vonnis is vermeld.
De oudste rechter en jongste rechter zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage I
Tekst tenlastelegging
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
hij
op of omstreeks 5 oktober 2023 te Gorinchem, in elk geval in Nederland,
afbeeldingen en/of gegevensdragers, bevattende afbeeldingen, van seksuele
gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had
bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, heeft verworven, in bezit heeft
gehad en/of zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met
gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft
welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit:
het met de/een penis anaal penetreren van de vagina van een persoon die kennelijk
de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en/of
het met de/een vinger(s) vaginaal penetreren van het eigen lichaam door een
persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
(afbeeldingen 1 en 2 toonmap en bijlage 3)
en/of
het met de tong likken/aanraken van de vagina, althans schaamstreek, en/of tussen
de schaamlippen van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had
bereikt
en/of
het met de tong likken/aanraken van de vagina, althans schaamstreek, en/of tussen
de schaamlippen door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had
bereikt
(afbeeldingen 3 en 4 toonmap en bijlage 3)
en/of
het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van/door een persoon die kennelijk
de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij deze persoon gekleed is en/of
poseert in een omgeving en/of in een (erotisch getinte) houding (op een wijze) die
niet bij haar leeftijd past en/of waarbij door het camerastandpunt en/of de
(onnatuurlijke) omgeving en/of de wijze van kleden van deze persoon nadrukkelijk
het (ontblote) geslachtsdeel van die persoon in beeld gebracht wordt (waarbij) de
afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt
tot seksuele prikkel.
(afbeeldingen 5 t/m 11 toonmap en bijlage 3)