Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
2.De beoordeling
€ 178,00(plus de verhoging zoals vermeld in de beslissing)
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Rotterdam op 6 juni 2025, is een kort geding aan de orde waarin [eiseres] een vordering heeft ingediend tegen haar meerderjarige zoon, [gedaagde], die niet is verschenen. De procedure is gestart met een dagvaarding op 13 mei 2025, gevolgd door een mondelinge behandeling op 23 mei 2025. De vordering van [eiseres] betreft het verzoek om haar zoon te veroordelen de woning te verlaten en een straatverbod op te leggen. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat er sprake is van een spoedeisend belang, gezien de bedreigingen en agressieve gedragingen van [gedaagde] tegenover [eiseres]. De rechter heeft de vordering toegewezen en bepaald dat [gedaagde] de woning binnen 24 uur na betekening van het vonnis moet verlaten. Tevens is [gedaagde] verboden om de woning gedurende één jaar te betreden of zich binnen een straal van 500 meter te bevinden. De rechter heeft [eiseres] gemachtigd om, indien nodig, de sterke arm van politie en justitie in te schakelen voor de uitvoering van het vonnis. Daarnaast is [gedaagde] veroordeeld tot betaling van de proceskosten, die zijn begroot op € 983,00. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders gevorderde is afgewezen.