ECLI:NL:RBROT:2025:10490

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
29 augustus 2025
Publicatiedatum
1 september 2025
Zaaknummer
11852545 VZ VERZ 25-5786
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzet tegen verstekvonnis in civiele procedure tussen verzoeker en Stedin Netbeheer B.V.

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 29 augustus 2025 een beschikking gegeven in het kader van een verzetprocedure. De verzoeker, die zelf procedeert zonder bijstand van een gemachtigde, heeft op 7 augustus 2024 een verstekvonnis ontvangen in een eerdere procedure tegen Stedin Netbeheer B.V. In zijn verzetschrift, ingediend op 25 augustus 2025, verzoekt de verzoeker het verstekvonnis te vernietigen en de vordering van Stedin af te wijzen. De kantonrechter oordeelt dat de verzoeker niet op de juiste wijze in verzet is gegaan, aangezien dit moet gebeuren via een dagvaarding en niet door middel van een brief. De kantonrechter biedt de verzoeker de mogelijkheid om Stedin alsnog met een dagvaarding op te roepen en zet de procedure om naar een dagvaardingsprocedure. De verzoeker wordt geadviseerd om juridisch advies in te winnen, bijvoorbeeld bij het Juridisch Loket. De kantonrechter stelt een termijn voor de indiening van de dagvaarding en bepaalt dat als deze niet tijdig wordt ontvangen, de verzoeker niet ontvankelijk zal worden verklaard, waardoor het verstekvonnis van 7 augustus 2024 in stand blijft.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Rotterdam
zaaknummer: 11852545 VZ VERZ 25-5786
datum uitspraak: 29 augustus 2025
Beschikking van de kantonrechter
in de zaak van
[verzoeker],
wonende te [plaats] ,
verzoeker,
die zelf procedeert, zonder bijstand van een gemachtigde,
tegen
Stedin Netbeheer B.V.,
gevestigd te Rotterdam,
verweerster,
die nog niet is opgeroepen om te verschijnen in de procedure.
Partijen worden hierna ‘ [verzoeker] ’ en ‘Stedin’ genoemd.

1.De procedure

1.1.
Op 7 augustus 2024 heeft de kantonrechter van deze rechtbank een vonnis gewezen in de procedure met zaaknummer 11214347 CV EXPL 24-17741 tussen Stedin als eisende partij en [verzoeker] als gedaagde partij. [verzoeker] is in die procedure bij verstek veroordeeld.
1.2.
Op 25 augustus 2025 heeft de rechtbank een brief ontvangen van [verzoeker] . In die brief, die door [verzoeker] wordt aangeduid als ‘verzetschrift’, verzoekt [verzoeker] het verstekvonnis van 7 augustus 2024 te vernietigen en de vordering van Stedin af te wijzen.

2.De beoordeling

2.1.
[verzoeker] is het niet eens met het verstekvonnis. In dat geval kan [verzoeker] in verzet gaan (artikel 143 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv)). Daarmee wordt de procedure heropend en kan [verzoeker] alsnog verweer voeren tegen de vordering van Stedin. [verzoeker] kan echter niet in verzet gaan door middel van een brief. Dat moet namelijk met een dagvaarding (artikel 143 lid 2 Rv). [verzoeker] heeft dus een verkeerd processtuk gebruikt om de verzetprocedure te starten.
2.2.
De kantonrechter geeft [verzoeker] de gelegenheid om Stedin alsnog met een dagvaarding door de deurwaarder te laten oproepen (artikel 45 Rv en artikel 111 Rv). Ook zet de kantonrechter de procedure om naar een dagvaardingsprocedure (artikel 69 Rv). [verzoeker] mag zijn stellingen aanpassen aan de regels die gelden voor die procedure. Daarvoor kan het nuttig zijn voor [verzoeker] om juridisch advies in te winnen, bijvoorbeeld bij het Juridisch Loket. Spreekuurtijden en locaties zijn te vinden op de website www.juridischloket.nl.
2.3.
Als de kantonrechter op de datum die hierna in de beslissing staat geen dagvaarding van [verzoeker] heeft ontvangen, wordt hij niet ontvankelijk verklaard. Dat betekent dat de brief van [verzoeker] dan niet inhoudelijk wordt behandeld en het verstekvonnis van
7 augustus 2024 blijft gelden.

3.De beslissing

De kantonrechter:
3.1.
verwijst de zaak naar de rolzitting van
dinsdag 30 september 2025 om 11.30 uurwaarvoor [verzoeker] Stedin met een dagvaarding moet laten oproepen;
3.2.
bepaalt dat de procedure wordt voortgezet volgens de regels die gelden voor de dagvaardingsprocedure;
3.3.
houdt iedere verdere beslissing aan.
Deze beschikking is gegeven door mr. W.J.J. Wetzels en in het openbaar uitgesproken.
44487