Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.Procesverloop
- de medische verklaring van 14 augustus 2025;
- het aangepaste zorgplan van 13 augustus 2025;
- de beslissing als bedoeld in art. 8:12, tweede lid, en art. 8:13, eerste, tweede en derde lid, van de Wvggz van 12 augustus 2025.
- de aanvraag van de zorgverantwoordelijke van 14 augustus 2025;
- het advies van de geneesheer-directeur van 14 augustus 2025;
- de bestaande zorgmachtiging.
2.Beoordeling
- het toedienen van medicatie, alsmede het verrichten van medische controles of andere medische handelingen en therapeutische maatregelen, ter behandeling van een psychische stoornis, dan wel vanwege die stoornis, ter behandeling van een somatische aandoening;
- het beperken van de bewegingsvrijheid;
- het aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, inhoudende de beperking van het gebruik van communicatiemiddelen en het accepteren en nakomen van ambulante behandelafspraken;
- het opnemen in een accommodatie.
er voor zorg dragen dat de zorgaanbieder kan beginnen met de uitvoering van de crisismaatregel, machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel of zorgmachtiging’. In de wetsgeschiedenis (zie Kamerstukken II 2015/16, 32 399, nr. 25, p. 95) wordt tenuitvoerlegging als volgt toegelicht: ‘
Wat betreft de verantwoordelijkheid voor het feitelijk in gang zetten van de zorgverlening aan de betrokkene dient een onderscheid te worden gemaakt tussen de tenuitvoerlegging en de uitvoering van de zorgmachtiging. De geneesheer-directeur is verantwoordelijk voor de uitvoering van de zorgmachtiging. De tenuitvoerlegging is bij het openbaar ministerie belegd. Deze tenuitvoerlegging houdt in dat het openbaar ministerie een afschrift van de zorgmachtiging doet toekomen aan de in die zorgmachtiging opgenomen zorgaanbieder. Daarmee is de officier van justitie eindverantwoordelijke voor het proces en is de geneesheer-directeur eindverantwoordelijk voor de zorginhoud.’ Door middel van het, in de praktijk gebruikelijke, doen van de mondelinge uitspraak direct in aansluiting op de mondelinge behandeling, het direct daarop volgend verstrekken van een kennisgeving mondelinge uitspraak en/of het verzenden van een beschikking van de rechtbank, heeft de zorgaanbieder kennis genomen van de beslissing van de rechter en is hij in staat gesteld om te beginnen met het verlenen van zorg. In dit geval is de zorgmachtiging op 30 juni 2025 op schrift gesteld en op grond van art. 6:4 lid 7 sub h Wvggz aan onder meer de zorgaanbieder verzonden.