Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.Het verzoek OBV en de reactie van RA
2.De beoordeling
3.De beslissing
in reconventie
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 5 september 2025 een herstelvonnis uitgesproken in de civiele procedure tussen Oude Binnenweg Vastgoed B.V. (OBV) en Rotterdam Apartments B.V. (RA). OBV had verzocht om aanpassing van een eerder vonnis van 18 juli 2025, waarin een schadevergoeding van € 4.250,00 ten onrechte zowel in conventie als in reconventie was toegewezen. RA heeft bezwaar gemaakt tegen deze aanpassing, stellende dat de kantonrechter mogelijk ook schadevergoeding voor het eerste kwartaal van 2024 had willen toewijzen.
De kantonrechter heeft geoordeeld dat er sprake was van een duidelijke fout in het eerdere vonnis, die eenvoudig te herstellen was op basis van artikel 31 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv). De kantonrechter heeft vastgesteld dat de schadevergoeding van € 4.250,00 enkel betrekking had op het vierde kwartaal van 2023 en dat er geen recht was op schadevergoeding voor de daaropvolgende kwartalen. Het bezwaar van RA werd ongegrond verklaard.
In de beslissing van het herstelvonnis zijn de teksten van het eerdere vonnis aangepast om de fout te corrigeren. De griffier werd opgedragen om het originele vonnis aan te passen en partijen moesten het vonnis van 18 juli 2025 terugsturen naar de rechtbank. Dit herstelvonnis is openbaar uitgesproken door de kantonrechter.