Op 15 juli 2025 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven in de zaak van de William Schrikker Stichting Jeugdbescherming en Jeugdreclassering betreffende de minderjarige [minderjarige]. De kinderrechter heeft de ondertoezichtstelling van [minderjarige] verlengd tot 29 juli 2026 en een (traject)machtiging tot uithuisplaatsing verleend voor de duur van zes maanden, gevolgd door een plaatsing in een accommodatie van een jeugdhulpaanbieder tot 29 januari 2026. De kinderrechter oordeelde dat er ernstige zorgen zijn over de opvoedsituatie van [minderjarige] bij de ouders, die te maken hebben met complexe relatieproblematiek en huiselijk geweld. De moeder heeft aangegeven dat zij de relatie met de vader definitief heeft verbroken en dat zij zich meer richt op haar eigen ontwikkeling en die van [minderjarige]. De kinderrechter heeft de positieve ontwikkeling van de moeder erkend, maar benadrukt dat er nog steeds zorgen zijn over haar opvoedvaardigheden en weerbaarheid. De beslissing is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat deze direct geldt, ook als er hoger beroep wordt ingesteld. De beschikking is openbaar uitgesproken en op schrift gesteld op 24 juli 2025.