Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1 en 2 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte rechtspersoon tot een geldboete van € 30.000,-.
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 24 september 2025 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen de verdachte rechtspersoon, [verdachte] B.V. De verdachte werd beschuldigd van dood door schuld en valsheid in geschrifte, naar aanleiding van een dodelijk ongeval dat plaatsvond op 9 november 2020. De officier van justitie eiste een geldboete van € 30.000,- en bewezenverklaring van de tenlastegelegde feiten. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat er onvoldoende causaal verband bestaat tussen de verkoop van de auto door de verdachte en het dodelijke ongeval. De rechtbank concludeerde dat de koper van de auto, die een ernstig gebrek vertoonde, zelf onvoorzichtig had gehandeld door de brandstofschakelaar om te zetten, wat leidde tot het ongeval. Hierdoor kon de verdachte niet worden aangerekend voor de dood door schuld. Daarnaast ontbrak bewijs voor de wetenschap van de verdachte omtrent de valsheid van het keuringsrapport, wat leidde tot vrijspraak van het tweede feit. De rechtbank sprak de verdachte rechtspersoon vrij van beide tenlastegelegde feiten.