In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Rotterdam, hebben eisers, wonende te Spijkenisse, een kort geding aangespannen tegen gedaagde, die niet verschenen is. De eisers vorderen machtiging om herstelwerkzaamheden aan de gevelbekleding van de woning van gedaagde uit te laten voeren, op basis van artikel 3:299 lid 1 BW. De procedure is gestart met een dagvaarding op 26 augustus 2025, gevolgd door een mondelinge behandeling op 15 september 2025, waarbij gedaagde verstek heeft laten gaan. De eisers hebben hun vordering onderbouwd met producties en een rapport van Top Expertise, waaruit blijkt dat er dringende herstelwerkzaamheden nodig zijn om verdere vochtproblemen te voorkomen.
De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat de vordering van eisers niet onrechtmatig of ongegrond is, maar dat er wel specificaties nodig zijn om executiegeschillen te voorkomen. De rechter heeft eisers machtiging verleend om de noodzakelijke werkzaamheden uit te laten voeren, waaronder het aanbrengen van een nieuwe loodslabbe, het impregneren van de schoorsteen en het vervangen van de gevelbekleding. De kosten van deze werkzaamheden komen voor rekening van gedaagde, die deze binnen 8 dagen na ontvangst van de facturen moet betalen. Daarnaast is gedaagde veroordeeld om medewerking te verlenen aan de uitvoering van de werkzaamheden, op straffe van een dwangsom.
De voorzieningenrechter heeft ook de proceskosten aan gedaagde opgelegd, die in totaal € 1.224,00 bedragen, en heeft de wettelijke rente over deze kosten toegewezen. Het vonnis is uitgesproken op 24 september 2025 en is uitvoerbaar bij voorraad.