ECLI:NL:RBROT:2025:12005

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
19 september 2025
Publicatiedatum
15 oktober 2025
Zaaknummer
C/10/701368 / FA RK 25-4527
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toewijzing verzoek tot wijziging geslachtsregistratie en voornamen van een non-binaire persoon

Op 19 september 2025 heeft de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven in de zaak van [persoon A], die verzocht om wijziging van zijn/haar geboorteakte en voornamen. [persoon A] is geboren op [geboortedatum] 2001 en heeft een non-binaire genderidentiteit. De rechtbank ontving het verzoekschrift op 12 juni 2025 en de ambtenaar van de burgerlijke stand heeft op 23 juli 2025 gereageerd. [persoon A] heeft afgezien van een mondelinge behandeling, en de rechtbank heeft de zaak op basis van de ingediende stukken afgedaan.

In de beoordeling heeft de rechtbank vastgesteld dat er momenteel geen wettelijke basis is voor het wijzigen van de geslachtsregistratie naar een geslachtsneutrale aanduiding zoals 'X'. De rechtbank oordeelt dat het ontbreken van een wettelijke regeling een ongerechtvaardigd onderscheid oplevert voor non-binaire personen, in strijd met internationale mensenrechtenverdragen. Ondanks het ontbreken van een deskundigenverklaring, concludeert de rechtbank dat [persoon A] een duurzame overtuiging heeft over zijn/haar genderidentiteit.

De rechtbank heeft daarom besloten om de ambtenaar van de burgerlijke stand te gelasten om de geslachtsregistratie in de geboorteakte van [persoon A] te wijzigen naar 'X' en de voornamen te wijzigen van [voornaam 1] [voornaam 2] naar [voornaam 3] [voornaam 4] [voornaam 5]. De beschikking is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier, mr. L.M. de Witte, en er is een termijn van drie maanden voor het instellen van hoger beroep bij het gerechtshof Den Haag.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team familie
Zaaknummer / rekestnummer: C/10/701368 / FA RK 25-4527
Beschikking van 19 september 2025 over wijziging geboorteakte en wijziging voornaam
in de zaak van:
[persoon A], hierna: [persoon A] ,
wonende te [woonplaats] ,
advocaat mr. K.S.M. Smienk te De Meern.
Als belanghebbende wordt aangemerkt:
de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeenteCapelle aan den IJssel, hierna: de ambtenaar,
zetelend te Capelle aan den IJssel.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het verzoekschrift met bijlagen van [persoon A] , ingekomen op 12 juni 2025;
  • het bericht van de ambtenaar, ingekomen op 23 juli 2025.
1.2.
[persoon A] heeft afgezien van een mondelinge behandeling. De rechtbank ziet geen aanleiding om een mondelinge behandeling te gelasten en zal de zaak op de stukken afdoen.

2.De vaststaande feiten

2.1.
[persoon A] is geboren op [geboortedatum] 2001 te [geboorteplaats] en bezit de Nederlandse nationaliteit.
2.2.
Aan [persoon A] zijn de volgende voornamen gegeven: [voornaam 1] [voornaam 2] .
2.3.
Op basis van de geboorteakte is [persoon A] in de registers van de burgerlijke stand opgenomen als zijnde van het vrouwelijk geslacht.

3.De beoordeling

3.1.
[persoon A] verzoekt de ambtenaar te gelasten aan diens geboorteakte een latere vermelding toe te voegen van wijziging van het geslacht, in die zin dat het geslacht X zal zijn. Daarnaast verzoekt [persoon A] diens voornamen te wijzigen in [voornaam 3] [voornaam 4] [voornaam 5] en de ambtenaar te gelasten deze wijziging aan diens geboorteakte toe te voegen.
3.2.
[persoon A] heeft aan diens verzoeken ten grondslag gelegd dat [persoon A] een non-binaire beleving van diens gender heeft en zich niet identificeert als man of als vrouw.
3.3.
De ambtenaar stemt in met het verzoek aan de geboorteakte een latere vermelding toe te voegen van wijziging van het geslacht.
3.4.
Geslacht
3.4.1.
De rechtbank overweegt dat op dit moment geen wettelijke grondslag bestaat voor
een wijziging van de geslachtsregistratie in een geboorteakte naar een X of een andere
geslachtsneutrale aanduiding. Het is in beginsel aan de wetgever hiervoor een voorziening
te treffen. Zolang er geen wettelijke regeling is, is het aan de rechter om in elke concrete zaak aan de hand van de aard en inhoud van het verzoek en de verdere omstandigheden van het geval te beslissen, met inbegrip van de mogelijkheid om de beslissing op het verzoek aan te houden (ECLI:NL:HR:2022:336).
3.4.2.
De rechtbank overweegt dat het ontbreken van een wettelijke regeling om de
geslachtsaanduiding in de geboorteakte te laten wijzigen in een geslachtsneutrale variant,
betekent dat non-binaire personen, anders dan personen die de overtuiging hebben tot het
andere geslacht te behoren, niet de mogelijkheid hebben zelf te beschikken over de
geslachtsregistratie. Dit levert naar het oordeel van de rechtbank een onderscheid op naar
geslacht als bedoeld in artikel 26 IVBPR en artikel 1 lid 2 van Protocol nr. 12 EVRM dat
niet objectief en redelijkerwijs kan worden gerechtvaardigd en om die reden ongeoorloofd is
3.4.3.
[persoon A] heeft bij diens verzoek geen deskundigenverklaring overgelegd, zoals die voor transgender personen respectievelijk personen van wie het geslacht niet kan worden vastgesteld, is voorgeschreven in artikelen 1:28a BW en 1:19d lid 2 BW. De rechtbank gaat hieraan voorbij. Naar het oordeel van de rechtbank is een genderbeleving geen objectief verifieerbaar gegeven dat door een deskundige is vast te stellen. Dit wordt onderkend in de huidige maatschappelijke ontwikkelingen. De rechtbank zal beoordelen of in deze situatie, waarin een deskundigenverklaring ontbreekt, kan worden vastgesteld dat het besluit niet lichtzinnig is genomen. Daarbij is van belang dat op basis van de stukken kan worden aangenomen dat de overtuiging een genderfluïde persoon te zijn een duurzaam karakter heeft.
3.4.4.
[persoon A] stelt een non-binaire beleving van diens gender te hebben en zich niet specifiek te identificeren als vrouw of als man. De geslachtsvermelding vrouw of man komt niet overeen met de innerlijke overtuiging van [persoon A] . Deze overtuiging bestaat al geruime tijd en wordt door [persoon A] uitgedragen in contacten met derden.
3.4.5.
De rechtbank acht het op grond van vorenstaande voldoende gebleken dat [persoon A] de beslissing een wijziging van de geslachtsaanduiding te vragen niet lichtzinnig heeft genomen en dat die een duurzame overtuiging heeft over diens genderidentiteit.
3.4.6.
De rechtbank stelt vast dat [persoon A] zich niet identificeert als man of vrouw en er daarom belang bij, en recht op heeft dat diens geboorteakte daarmee in overeenstemming wordt gebracht. De rechtbank zal daarom de ambtenaar gelasten aan de geboorteakte van [persoon A] een latere vermelding toe te voegen van de wijziging van het geslacht in die zin dat het
geslacht wordt vermeld met X.
3.5.
Voornamen
3.5.1.
Naar het oordeel van de rechtbank heeft [persoon A] voldoende zwaarwichtig belang bij wijziging van diens voornamen van [voornaam 1] [voornaam 2] in [voornaam 3] [voornaam 4] [voornaam 5] , terwijl de gevraagde wijziging naar de maatstaven van artikel 1:4 lid 2 BW niet ongeoorloofd is. De rechtbank zal het verzoek dan ook toewijzen.

4.De beslissing

De rechtbank:
4.1.
gelast de ambtenaar van de burgerlijke stand om aan de geboorteakte ingeschreven in het register van geboorten van de gemeente Capelle aan den IJssel van het jaar 2001 met nummer [nummer X] een latere vermelding toe te voegen van de wijziging van het geslacht in die zin dat het geslacht wordt vermeld met X;
4.2.
gelast de wijziging van de voornamen van [persoon A] van [voornaam 1] [voornaam 2] in [voornaam 3] [voornaam 4] [voornaam 5] ;
4.3.
draagt de griffier op om niet eerder dan drie maanden na de dag van de uitspraak van deze beschikking – en als daartegen geen hoger beroep is ingesteld – een afschrift van deze beschikking te zenden aan de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Capelle aan den IJssel zoals bepaald in artikel 1:20e lid 1 BW.
Deze beschikking is gegeven door mr. A.C. Siemons, rechter en in het openbaar uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier mr. L.M. de Witte op 19 september 2025.
Tegen deze beschikking kan – voor zover er definitief is beslist – hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Den Haag. Het hoger beroep kan slechts worden ingesteld door een advocaat.
Door verzoeker en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden moet het hoger beroep worden ingesteld binnen drie maanden na de dag van de beschikking. Voor andere belanghebbenden geldt voor het instellen van hoger beroep een termijn van drie maanden na de betekening van de beschikking of nadat de beschikking hun op andere manier bekend is geworden.