In deze zaak heeft de Vereniging van Eigenaars (VvE) een kort geding aangespannen tegen [gedaagde] B.V. met als doel de afgifte en overdracht van haar administratie te vorderen. De VvE stelt dat zij recht heeft op haar eigen administratie, die door [gedaagde] wordt vastgehouden, en dat zij deze nodig heeft om haar jaarrekeningen te corrigeren en op te stellen. [gedaagde] weigert echter de administratie te verstrekken, tenzij de VvE een vordering van € 23.163,89 betaalt. De VvE is bereid om zekerheid te stellen voor deze vordering, maar [gedaagde] stelt extra voorwaarden, waaronder het starten van een procedure door de VvE. De kantonrechter oordeelt dat de VvE recht heeft op haar administratie en dat [gedaagde] deze moet verstrekken, mits de VvE zekerheid stelt. De rechter wijst de vordering van de VvE toe, inclusief een dwangsom voor het geval [gedaagde] niet aan de veroordeling voldoet. Tevens worden de proceskosten aan [gedaagde] opgelegd, omdat deze grotendeels ongelijk heeft gekregen. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad, wat betekent dat het onmiddellijk kan worden uitgevoerd, ook als er hoger beroep wordt aangetekend.