Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 42 maanden met aftrek van voorarrest;
- oplegging van de maatregel 38v Sr, inhoudende een locatieverbod en een contactverbod, voor de duur van vijf jaar, dadelijk uitvoerbaar.
4.Waardering van het bewijs
of omstreeks12 maart 2024 te Rotterdam
althans zwaar lichamelijk letsel toe te brengen,
(vuur
)wapen in de richting van die [slachtoffer] heeft
of omstreeks12 maart 2024 te Rotterdam
(vuur
)wapen, in de zin van artikel 1, onder 3 van die wet in de vorm van een
/of
5.Strafbaarheid feiten
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf en maatregel
8.In beslag genomen voorwerpen
9.Vordering benadeelde partij/schadevergoedingsmaatregel
10.Toepasselijke wettelijke voorschriften
11.Bijlagen
12.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 36 (zesendertig) maanden;
groot 6 (zes) maandenniet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
2 (twee) jaren;
maatregel strekkende tot beperking van de vrijheid voor de
€ 2.500,00 (zegge: vijfentwintighonderd euro), bestaande uit immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 13 maart 2024 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [slachtoffer] te betalen
€ 2.500,00 (hoofdsom
, zegge: vijfentwintighonderd euro, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 13 maart 2024 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal van de hoofdsom van € 2.500,00 niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
35 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;