Uitspraak
RECHTBANK Rotterdam
1.De procedure
- de dagvaarding van 28 augustus 2025, met producties 1 tot en met 20,
- de akte eisvermindering tevens wijziging van eis,
- de conclusie van antwoord, met producties 1 tot en met 10,
- de akte overlegging aanvullende producties van [eiseres] , met producties 21 tot en met 23,
- de aanvullende productie 11 van de [gedaagde] ,
- de pleitaantekeningen van mr. Kuypers,
- de pleitaantekeningen van mr. De Rooij.
2.De feiten
Levering betonstraatstenen [naam] Stijl’ aangekondigd. In het Beschrijvend Document staat dat het doel van de aanbestedingsprocedure is om per perceel ( [naam] -Noord en -Zuid en [naam] -West) een overeenkomst te sluiten met een opdrachtnemer die op afroep en naar behoefte betonstraatstenen, passtenen en bisschopsmutsen (hierna afgekort tot betonstraatstenen) levert. Met deze opdracht wil de [gedaagde] haar ambities op het gebied van duurzaamheid en circulariteit uitdragen.
Bouwwaardenmodel – bouwwaardemodel(…)
vraag 1:
vraag 3:
vraag 10:
3.Het geschil
4.De beoordeling
Dyka Plastics-arrest [2] , waarbij de aanbestedende dienst bij een opdracht voor de aanleg of vervanging van rioleringen eiste dat buizen van een bepaald materiaal werden gebruikt. Hoewel het de vraag is of het uitsluiten van het gebruik van AEC-granulaat kan worden aangemerkt als een vereist kenmerk van betonstraatstenen, zijn partijen het erover eens dat eis 42 een technische specificatie betreft die kan worden getoetst aan de daarvoor geldende wettelijke vereisten (artikelen 2.75 en 2.76 Aw).
bij de productie van de betonstraatstenen gebruik wordt gemaakt van een zo hoog mogelijk percentage betonreststromen”, zodat “
aan het einde van de levensduur zoveel mogelijk van de gebruikte materialen en grondstoffen geschikt zijn voor (up)recycling op minimaal gelijkwaardig niveau”. Om die reden wordt “
hergebruik van recyclingproducten, anders dan betongranulaat of zand, grind afkomstig uit beton, niet gewaardeerd” (zie 2.3.). De [gedaagde] heeft een en ander ook uitgelegd in haar antwoord op vraag 1 (zie 2.5.). Hoewel [eiseres] stelt dat hetgeen de [gedaagde] aanvoert niet juist is, past het naar het oordeel van de voorzieningenrechter binnen de ruime beoordelingsmarge van de [gedaagde] om het gebruik van AEC-granulaat op voornoemde gronden niet toe te staan. In tegenstelling tot wat [eiseres] betoogt, wordt ook geen arbitrair en irrationeel onderscheid gemaakt door de toepassing van secundair zand en grind, verkregen uit het thermisch reinigen van grond, wel toe te staan. In antwoord op vraag 3 heeft de [gedaagde] toegelicht dat het hierbij gaat om betoneigen secundaire grondstoffen, die geen risico vormen voor hoogwaardig hergebruik.
Dyka Plastics-arrest gaat het niet om producten die kunnen worden onderscheiden aan de hand van hun fabricaat en in het bijzonder het materiaal waarvan zij vervaardigd zijn. Om die reden is het ook niet mogelijk om de woorden “
of gelijkwaardig” aan eis 42 toe te voegen. Met het uitsluiten van AEC-granulaat worden bovendien geen fabrikanten van betonstraatstenen bevoordeeld of uitgesloten. Zij kunnen immers betonstraatstenen produceren van betoneigen secundaire materialen. Tenslotte wordt eis 42 in dit geval door het voorwerp van de opdracht gerechtvaardigd. De [gedaagde] wil immers met de opdracht haar ambities op het gebied van duurzaamheid en circulariteit uitdragen, waarbij past dat het gebruik van secundaire materialen afkomstig uit de verbranding van huishoudelijk afval niet worden toegestaan.
- griffierecht: € 714,00
- salaris advocaat: € 1.107,00
- nakosten: