Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 20 februari 2025, met bijlagen;
- het antwoord, met bijlagen;
- de e-mail van De Jong van 25 september 2025, met bijlage;
- de akte overlegging producties van Leaseproces, met bijlagen;
- de spreekaantekeningen van de gemachtigde van Leaseproces.
2.De beoordeling
het starten van een procedure tegen Dexia voor de rechtbank. Als in deze procedure een voordeel wordt behaald ten opzichte van de Duisenberg-regeling, al dan niet door middel van een schikking, dan heeft Leaseproces recht op een vergoeding die is gebaseerd op het behaalde resultaat. De kantonrechter ziet echter geen aanleiding om deze bepaling zo ruim uit te leggen dat Leaseproces ook recht heeft op een vergoeding als zij nooit een procedure op naam van De [gedaagde] is gestart en partijen toch een schikking treffen. Op die situatie ziet de overeenkomst niet. Dit blijkt ook uit het feit dat in de overeenkomst is afgesproken dat de kosten van de procedure in de vergoeding zijn begrepen. Die kosten heeft Leaseproces niet gemaakt. Dat een procedure niet in het belang zou zijn geweest van De [gedaagde] , zoals Leaseproces stelt, maakt dat niet anders. Datzelfde geldt voor de omstandigheid dat Leaseproces in andere zaken procedures heeft gevoerd, waarvan De [gedaagde] indirect voordeel geniet omdat Dexia hem daarom uiteindelijk het aanbod zoals opgenomen in de vaststellingsovereenkomst heeft gedaan. Het had op de weg van Leaseproces gelegen om in de offerte ondubbelzinnig op te nemen dat De [gedaagde] ook een vergoeding zou moeten betalen als een schikking tot stand zou komen zonder dat Dexia op zijn naam een procedure zou zijn gestart. Dat heeft zij niet gedaan en de gevolgen daarvan komen voor rekening van Leaseproces, zeker nu zij de professionele partij is en de offerte heeft opgesteld.