ECLI:NL:RBROT:2025:13159

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
10 oktober 2025
Publicatiedatum
12 november 2025
Zaaknummer
10-007020-90
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van terbeschikkingstelling van een ter beschikking gestelde met psychische problematiek en recidiverisico

In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 10 oktober 2025 uitspraak gedaan over de verlenging van de terbeschikkingstelling van een ter beschikking gestelde, geboren in 1973, die sinds 1991 in tbs-instellingen verblijft. De rechtbank heeft de terbeschikkingstelling met twee jaar verlengd, op basis van een vordering van het openbaar ministerie. De ter beschikking gestelde heeft een complexe psychische problematiek, waaronder schizofrenie en een persoonlijkheidsstoornis, en heeft nooit meegewerkt aan behandeling. De rechtbank heeft vastgesteld dat de veiligheid van anderen eist dat de terbeschikkingstelling wordt voortgezet, gezien het onverminderd hoge recidiverisico. De ter beschikking gestelde en zijn raadsvrouw hebben verzocht om afwijzing van de vordering, maar de rechtbank heeft dit verzoek afgewezen. De beslissing is genomen na het horen van adviezen van deskundigen en de officier van justitie, die allen hebben geadviseerd tot verlenging van de terbeschikkingstelling. De rechtbank heeft geconcludeerd dat de ter beschikking gestelde niet in staat is om mee te werken aan een gefaseerd resocialisatietraject, wat de noodzaak van verlenging onderstreept.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam
Team straf 2
Parketnummer: 10-007020-90
Datum uitspraak: 10 oktober 2025
Beslissing van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, met betrekking tot de terbeschikkingstelling van:
[ter beschikking gestelde](de ter beschikking gestelde),
geboren te [geboorteplaats] ( [geboorteland] ) op [geboortedatum] 1973,
verblijvende bij [instelling] (de instelling)
[adres] , [postcode] [plaats] ,
raadsvrouw mr. N. de Vos, advocaat te Amsterdam.

1.Inleiding

Bij vonnis van deze rechtbank van 13 december 1990, bevestigd bij arrest van het gerechtshof Den Haag van 26 april 1991, is de terbeschikkingstelling van [ter beschikking gestelde] gelast en is zijn verpleging van overheidswege (dwangverpleging) bevolen. De terbeschikkingstelling is gelast ter zake van poging tot doodslag, meermalen gepleegd. De termijn van de terbeschikkingstelling is aangevangen op 14 mei 1991. Bij beslissing van deze rechtbank van 31 mei 2023 is de terbeschikkingstelling laatstelijk verlengd met twee jaar. Die beslissing is op 30 november 2023 bevestigd door het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.

2.Procesverloop

De rechtbank heeft op 28 april 2025 van het openbaar ministerie een vordering ontvangen tot verlenging van de terbeschikkingstelling. De vereiste stukken zijn bijgevoegd dan wel toegezonden. De behandeling van de vordering stond eerder gepland op 26 juni 2025, maar is toen voor bepaalde tijd aangehouden. De vordering is daarna op de openbare terechtzitting van 10 oktober 2025 behandeld. De officier van justitie mr. J.B. Wooldrik, de ter beschikking gestelde (middels videoverbinding), bijgestaan door de raadsvrouw, en als deskundige [psycholoog 1] (middels videoverbinding), werkzaam als psycholoog bij de instelling, zijn gehoord.

3.Adviezen

Advies instelling
De instelling adviseert in het rapport, gedateerd 12 november 2024, de terbeschikkingstelling te verlengen met twee jaren. Bij de ter beschikking gestelde is diagnostisch sprake van schizofrenie, een persoonlijkheidsstoornis NAO met narcistische en antisociale trekken, cannabisafhankelijkheid en pathologisch gokgedrag onder toezicht in remissie. Hij verblijft sinds oktober 1991 in tbs-instellingen en heeft nooit meegewerkt aan behandeling. Na drie behandelpogingen verblijft hij sinds november 2005 in een LFPZ-voorziening. In het kader van subsidiariteit en proportionaliteit is sinds 2013 veelvuldig onderzoek gedaan naar mogelijkheden tot uitstroom. Er is meermaals geadviseerd dat een voorwaardelijke beëindiging onverantwoord is. Een traject tot gefaseerde resocialisatie, dan wel voorwaardelijke beëindiging of overplaatsing naar een minder hoog beveiligde verblijfsvoorziening, wordt ernstig verhinderd door zijn weigering om mee te werken aan verlof. De ter beschikking gestelde persisteert bij het standpunt dat hij alleen naar buiten wil in de vorm van een onvoorwaardelijke beëindiging. In april 2023 heeft hij de psychiater verzocht tot het stoppen van zijn antipsychoticum. Vanaf mei 2023 is geprobeerd het medicatiedepot af te bouwen. De ter beschikking gestelde dreigde echter al snel weer psychotisch te decompenseren. Hij gedijt bij de huidige omgeving waarbij de bejegeningswijze is afgestemd op zijn problematiek. Hij toont zich hierbinnen medicatietrouw, er wordt weinig druk op hem gelegd en er is ruimte om zijn kwaliteit van leven te optimaliseren. De indruk is dat hij de rust binnen de LFPZ als prettig ervaart en dat dit bijdraagt aan zijn stabiel functioneren. Afgelopen jaar is de noodzakelijke beschermende werking van antipsychotica, externe vroegsignalering, controle en toezicht gebleken naar aanleiding van psychotische decompensatie en dreiging met geweld. Alles overziend kan niet anders dan gesteld worden dat de kernproblematiek onvoldoende behandelbaar is gebleken en nog immer op de voorgrond staat. Dat maakt dat het risico op recidive als onveranderd hoog wordt ingeschat. Op 26 februari 2025 heeft de instelling het advies aangevuld. Daaruit blijkt dat er geen veranderingen zijn opgetreden ten aanzien van de diagnostiek, risico-inschatting, risicomanagement en de daaruit volgende prognose.
Advies psychiater
[psychiater] adviseert in het rapport, gedateerd 27 februari 2025, de terbeschikkingstelling te verlengen. De psychiater heeft geen zelfstandig onderzoek kunnen doen omdat de terbeschikkingstelling iedere medewerking heeft geweigerd. Wel kan gesteld worden dat uit het dossier een consistent en goed onderbouwd beeld naar voren komt over wat er met betrokkene aan de hand is, namelijk een stoornis in het psychotische spectrum, persoonlijkheidsproblematiek en een neiging tot cannabismisbruik. Eventuele resocialisatie zal alleen met kleine stapjes kunnen plaatsvinden. Als hij bereid zou zijn om aan een dergelijk traject mee te werken, zou dat zeker mogelijk moeten zijn. Nu hij echter blijft bij zijn weigering om met de instelling in gesprek te gaan en alleen op zijn eigen voorwaarden stappen wil zetten naar buiten, is sprake van een patstelling. De psychiater kan alleen tot de conclusie komen dat er geen andere optie is dan het voortzetten van de maatregel.
Advies psycholoog
[psycholoog 2] heeft zich in zijn rapport, gedateerd 6 februari 2025, gerefereerd aan het gecombineerde verlengings-/LFPZ-toetsingsadvies van de instelling van 12 november 2024. De ter beschikking gestelde heeft geweigerd om mee te werken.
Op de terechtzitting gegeven adviezen
De deskundige heeft het advies op de terechtzitting toegelicht. Zij heeft onder meer – zakelijk weergegeven – verklaard dat er na de laatste aanvulling geen bijzonderheden meer zijn voorgevallen. De deskundige heeft de ter beschikking gestelde nooit zelf gesproken omdat hij niet met haar, en de andere behandelaren, in gesprek wil. Momenteel is de ter beschikking gestelde stabiel. Er is geen sprake van enige vorm van samenwerking om te kunnen toewerken naar een vorm van verlof.

4.Standpunt van partijen

Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft geconcludeerd tot verlenging van de termijn van de terbeschikkingstelling met twee jaar.
Standpunt van de ter beschikking gestelde
De ter beschikking gestelde en de raadsvrouw hebben primair afwijzing van de vordering bepleit. Er moet op de een of andere manier iets veranderen om uit de patstelling te komen. Subsidiair is verlenging met één jaar bepleit.

5.Beoordeling

Op grond van de adviezen en wat verder naar voren is gekomen op de terechtzitting is de rechtbank van oordeel dat:
- er nog steeds sprake is van een gebrekkige ontwikkeling en/of ziekelijke stoornis van de geestvermogens van de ter beschikking gestelde;
- de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen eist dat de termijn van de terbeschikkingstelling met twee jaar wordt verlengd.
De ter beschikking gestelde heeft ook de afgelopen jaren niet willen meewerken aan enige vorm van behandeling. De problematiek is daarmee ongewijzigd en het recidiverisico is onverminderd hoog. Dit is duidelijk onderbouwd in het verlengingsadvies van de instelling. Zolang de ter beschikking gestelde blijft weigeren medewerking te verlenen aan behandeling, niet in gesprek wil gaan en niet aan een gefaseerd resocialisatietraject wenst mee te werken, zal de terbeschikkingstelling moeten voortduren.
Het verzoek om de terbeschikkingstelling onmiddellijk en onvoorwaardelijk te beëindigen, wordt gelet op het voorgaande afgewezen, nog daargelaten dat dat juridisch niet mogelijk is. Ook ziet de rechtbank – mede gelet op de vaste jurisprudentie op dit punt – geen aanleiding om te volstaan met een verlenging van één jaar.
De totale duur van de terbeschikkingstelling met dwangverpleging gaat door de verlenging een periode van vier jaar te boven. Verlenging is niettemin mogelijk, omdat de terbeschikkingstelling is opgelegd voor een misdrijf dat gericht is tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van één of meer personen.

6.Beslissing

De rechtbank:
verlengtde termijn van de terbeschikkingstelling met
2 (twee)jaren;
wijst afhet meer of anders verzochte.
Deze beslissing is genomen door mr. M.J.M. van Beckhoven, voorzitter,
en mrs. A.M.G. van de Kragt en L.B. Esser, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. L. Hessing, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van 10 oktober 2025.
De oudste rechter en de jongste rechter zijn buiten staat deze beslissing mede te ondertekenen.
Tegen deze beslissing kan het openbaar ministerie binnen veertien dagen na de uitspraak en de ter beschikking gestelde binnen veertien dagen na betekening daarvan beroep instellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.