Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
[naam 1] ,
1.De procedure
- het verzoekschrift met bijlagen van de vrouw, ingekomen op 24 juli 2024;
- het verweerschrift tevens zelfstandig verzoek met bijlagen van de man, ingekomen op 12 september 2024;
- het verweerschrift op het zelfstandig verzoek met bijlagen, tevens inhoudende een aanvullend verzoek van de vrouw, ingekomen op 7 november 2024;
- het bericht met bijlagen en twee aanvullende verzoeken van de vrouw, ingekomen op 18 augustus 2025.
.
- de vrouw, bijgestaan door haar advocaat;
- de man, bijgestaan door advocaat mr. V. Vos die de advocaat van de man waarneemt;
- de raad voor de kinderbescherming Rotterdam-Dordrecht (hierna: de raad), als adviseur, vertegenwoordigd door [naam 2] .
2.De vaststaande feiten
3.De beoordeling
zolang de man geen eigen woning heeft:
zodra de man een eigen woning heeft, veiligheidsafspraken zijn gemaakt onder begeleiding van het Wijkteam of Veilig Thuis en de man bereid is hulpverlening te aanvaarden ter ondersteuning van zijn opvoedingsvaardigheden:
nog geen eigen woningheeft zal de minderjarige contact met de man hebben:
- elke zaterdag na de voetbaltraining en/of -wedstrijd van de minderjarige, waartoe de man haar bij de voetbalvereniging ophaalt, tot 18.00 uur waartoe hij haar bij metrostation Zuidplein te Rotterdam overdraagt aan de vrouw. Indien de minderjarige op zaterdag geen voetbal heeft, verblijft zij bij de man van 11.00 uur tot 18.00 uur, waartoe op beide tijdstippen de overdracht plaatsvindt bij voornoemd metrostation;
- op zondag gaat de minderjarige, als zij dat wil, met de man mee naar de kerk. De vrouw laat de man op zaterdagavond uiterlijk 19.00 uur weten of de minderjarige de volgende dag wel of niet met de man mee naar de kerk wil. Als zij met de man mee naar de kerk wil, wordt zij die zondag door iemand van de kerk bij de vrouw opgehaald en na afloop weer thuisgebracht;
- verder kan de man contact met minderjarige hebben wanneer zij bij opa en oma vaderszijde is. De rechtbank gaat ervan uit dat de vrouw de man dit tijdig zal laten weten.
een eigen woningheeft, zodat de rechtbank hierover zal beslissen. De vrouw stelt als voorwaarde bij de zorgregeling dat er veiligheidsafspraken zijn gemaakt en dat de man bereid is opvoedondersteuning te aanvaarden. De vrouw heeft echter niet concreet gesteld waar die veiligheidsafspraken en opvoedondersteuning op moeten zien. Tijdens de mondelinge behandeling is gebleken dat het wijkteam is betrokken in het kader van hulpverlening aan partijen, dan wel het gezin. De rechtbank overweegt dat partijen in overleg met het wijkteam kunnen bespreken welke veiligheidsafspraken en opvoedondersteuning in het belang van de minderjarige zijn als de man een eigen woning heeft.
- een overzicht van alle spaar- en bankrekeningen op naam van de man;
- de banksaldi van alle binnen- en buitenlandse spaar- en betaalrekeningen, in ieder geval de banksaldi van de spaar- en betaalrekeningen zoals opgenomen in het schrijven van de vrouw van 7 november 2024, per peildatum 23 juli 2024.
,te weten 23 juli 2024.
- de inboedel;
- de navolgende saldi op de bankrekeningen:
- de fatbike;
- de schuld bij het UWV.
- een overzicht van alle spaar- en bankrekeningen op naam van de man;
- de banksaldi van alle binnen- en buitenlandse spaar- en betaalrekeningen, in ieder geval de banksaldi van de spaar- en betaalrekeningen zoals opgenomen in het schrijven van de vrouw van 7 november 2024, per peildatum 23 juli 2024.
4.De beslissing
nog geen eigen woningheeft zal de minderjarige contact met de man hebben:
- elke zaterdag na de voetbaltraining en/of -wedstrijd van de minderjarige, waartoe de man haar bij de voetbalvereniging ophaalt, tot 18.00 uur waartoe hij haar bij metrostation Zuidplein te Rotterdam overdraagt aan de vrouw. Indien de minderjarige op zaterdag geen voetbal heeft, verblijft zij bij de man van 11.00 uur tot 18.00 uur, waartoe op beide tijdstippen de overdracht plaatsvindt bij voornoemd metrostation;
- op zondag gaat de minderjarige, als zij dat wil, met de man mee naar de kerk. De vrouw laat de man op zaterdagavond uiterlijk 19.00 uur weten of de minderjarige de volgende dag wel of niet met de man mee naar de kerk wil. Als zij met de man mee naar de kerk wil, wordt zij die zondag door iemand van de kerk bij de vrouw opgehaald en na afloop weer thuisgebracht;
- verder kan de man contact met minderjarige hebben wanneer zij bij opa en oma vaderszijde is. De rechtbank gaat ervan uit dat de vrouw de man dit tijdig zal laten weten.