ECLI:NL:RBROT:2025:13567

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
21 november 2025
Publicatiedatum
24 november 2025
Zaaknummer
11761069 CV EXPL 25-14100
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Faillissement van Adis B.V. en de gevolgen voor de procedure van eiser

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 21 november 2025 uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen eiser, vertegenwoordigd door mr. Y. Yavuzyiğitoğlu, en gedaagde Adis B.V., die failliet is verklaard op 2 september 2025. De procedure betreft een vordering van eiser die stelt dat Adis aansprakelijk is voor schade die hij heeft geleden door een auto-ongeluk tijdens zijn werkzaamheden. De curator heeft verzocht om schorsing van de procedure, maar de kantonrechter heeft dit verzoek afgewezen, omdat de procedure niet gericht is op een geldvordering die uit de failliete boedel betaald moet worden. Eiser heeft de mogelijkheid om schorsing te vragen, maar heeft dit nog niet gedaan. De kantonrechter heeft eiser de gelegenheid gegeven om te verduidelijken wat hij precies wil met zijn vorderingen en heeft de zaak verwezen naar een rolzitting op 23 december 2025. Eiser moet uiterlijk 22 december 2025 schriftelijk reageren op de vragen die de kantonrechter heeft gesteld. Indien eiser niet reageert, zal de procedure ambtshalve worden doorgehaald.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Rotterdam
zaaknummer: 11761069 CV EXPL 25-14100
datum uitspraak: 21 november 2025
Vonnis van de kantonrechter
in de zaak van
[eiser],
wonende te [plaats] ,
eiser,
gemachtigde: mr. Y. Yavuzyiğitoğlu, advocaat te Rotterdam,
tegen
Adis B.V.,
gevestigd te Ridderkerk,
gedaagde,
voor wie [persoon A] schriftelijk heeft gereageerd.
Partijen worden hierna ‘ [eiser] ’ en ‘Adis’ genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:
  • de dagvaarding van 16 juni 2025, met bijlagen;
  • de mail namens Adis van 18 augustus 2025;
  • de antwoordakte van [eiser] ;
  • de brief van mr. Van Wingerden.
1.2.
De kantonrechter heeft [eiser] de gelegenheid gegeven om schriftelijk te reageren op de brief van mr. Van Wingerden. Daartoe heeft de kantonrechter de zaak verwezen naar de rolzitting van dinsdag 23 oktober 2025. Op die rolzitting heeft [eiser] echter niet meer gereageerd, terwijl hij evenmin om aanhouding van de procedure heeft verzocht.
1.3.
De kantonrechter heeft daarop de uitspraak van het vonnis bepaald op vandaag.

2.De beoordeling

Hoe verder na het faillissement?
2.1.
Op 2 september 2025 is Adis failliet verklaard. De curator, mr. Van Wingerden, heeft de kantonrechter daarna gevraagd om deze procedure te schorsen. De kantonrechter heeft [eiser] de gelegenheid gegeven om hierop te reageren. Dat heeft hij niet gedaan. Het is nu de vraag wat [eiser] met deze procedure wil.
De procedure wordt niet geschorst op verzoek van de curator
2.2.
De procedure wordt niet geschorst zoals de curator heeft gevraagd. Deze procedure heeft namelijk niet als doel dat een verbintenis vanuit de boedel wordt betaald (artikel 29 Fw). [eiser] eist geen geld. Hij vordert dat de kantonrechter voor recht verklaart dat Adis aansprakelijk is voor de schade die hij heeft geleden en nog zal lijden door een auto-ongeluk, dat hem is overkomen tijdens de uitoefening van zijn werkzaamheden.
[eiser] mag schorsing vragen
2.3.
In principe loopt de procedure dus gewoon door tegen Adis. De kantonrechter wijst [eiser] er wel op dat een eventuele veroordeling geen rechtskracht heeft tegenover de failliete boedel (artikel 25 lid 2 Fw).
2.4.
[eiser] is bevoegd om schorsing te vragen, om de curator op te roepen (artikel 28 lid 1 Fw). [eiser] heeft dat nog niet gedaan. [eiser] heeft wel een akte genomen, nadat Adis haar eigen faillissement had aangevraagd, maar nog voordat dit was uitgesproken. [eiser] heeft toen laten weten dat hij schorsing zou vragen als het faillissement zou worden uitgesproken. Dat heeft hij tot nu toe dus nog niet gedaan. De kantonrechter geeft hem de gelegenheid om alsnog te laten weten of hij dat wil doen, of dat hij de procedure intrekt, of dat hij wil doorprocederen tegen Adis.
[eiser] mag zijn vordering verduidelijken
2.5.
Als [eiser] verder wil procederen, dan moet hij ook duidelijk maken wat hij precies bedoelt met de vorderingen als genoemd in randnummer 8 van zijn akte. Hij heeft in die akte namelijk de kantonrechter gevraagd om Adis te bevelen allerlei informatie te verstrekken. Het is de kantonrechter niet duidelijk of hij daarmee zijn vordering heeft gewijzigd, of op wat voor eventuele andere manier deze vorderingen bedoeld zijn.
Instructie
2.6.
De kantonrechter verwijst de zaak naar de rolzitting van dinsdag 23 december 2025 om 11.30 uur
,zodat [eiser] zich schriftelijk kan uitlaten over hetgeen hiervoor onder 2.5. is overwogen. Als hij schriftelijk reageert, dan moet die reactie uiterlijk 22 december 2025 in tweevoud zijn ontvangen op de griffie. In dat geval is het niet nodig dat hij naar de rolzitting komt. In het geval [eiser] ook dit keer niet reageert, zal de kantonrechter de procedure ambtshalve doorhalen op grond van het bepaalde in artikel 247 Rv.

3.De beslissing

De kantonrechter:
3.1.
verwijst de zaak naar de rolzitting van
dinsdag 23 december 2025 om 11.30 uur, zodat [eiser] zich schriftelijk kan uitlaten over het gewenste vervolg van de procedure en over de vraag hoe de vorderingen in zijn akte onder randnummer 8 moeten worden begrepen;
3.2.
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. W.J.J. Wetzels en in het openbaar uitgesproken.
33394