Uitspraak
[naam eiser] , uit Zwolle, eiser
Inleiding
Totstandkoming van het besluit
Beoordeling door de rechtbank
.Hierna legt de rechtbank uit hoe zij tot dit oordeel komt en welke gevolgen dit oordeel heeft.
Rechtbank Rotterdam
Op 28 januari 2025 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in de zaak tussen een eiser uit Zwolle en de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. De zaak betreft de invoer van een partij Özlex-thee, die door de Douane was tegengehouden vanwege de aanwezigheid van de verboden stof sibutramine. De staatssecretaris had bepaald dat de thee op kosten van de eiser vernietigd zou worden, omdat hij als verantwoordelijke exploitant werd aangemerkt. De rechtbank heeft het beroep van de eiser tegen deze beslissing beoordeeld.
De rechtbank concludeert dat de eiser niet kan worden aangemerkt als de verantwoordelijke exploitant. De staatssecretaris had gesteld dat de eiser de thee niet alleen voor zichzelf maar ook voor anderen had ingevoerd, maar de rechtbank oordeelt dat de hoeveelheid thee en de omstandigheden van de invoer niet wijzen op een commerciële exploitatie. De rechtbank heeft vastgesteld dat de thee eiser nooit heeft bereikt en dat hij deze dus niet in de handel heeft gebracht. De rechtbank vernietigt het besluit van de staatssecretaris voor zover het betreft de kosten van vernietiging van de thee, maar bevestigt de rechtmatigheid van de inbewaringneming en de weigering van de invoer.
De uitspraak benadrukt het belang van zorgvuldige motivering bij bestuursbesluiten en de noodzaak voor de staatssecretaris om de verantwoordelijkheden van de exploitant correct te interpreteren. De rechtbank heeft de staatssecretaris opgedragen het griffierecht aan de eiser te vergoeden, maar heeft geen proceskostenvergoeding toegekend. De uitspraak biedt inzicht in de toepassing van de relevante Europese en nationale wetgeving met betrekking tot levensmiddelen en de verantwoordelijkheden van exploitanten.