ECLI:NL:RBROT:2025:14659

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
15 december 2025
Publicatiedatum
15 december 2025
Zaaknummer
11981244 VV EXPL 25-721
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Kort geding over ontruiming van een woning na beëindiging huurovereenkomst

In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Rotterdam op 15 december 2025, is een kort geding aan de orde waarin eiser, vertegenwoordigd door mr. D.A.Y. Jacques, een ontruiming van de woning heeft gevorderd. De gedaagden, die niet zijn verschenen, zijn aangeduid als [gedaagde 1] en [gedaagde 2]. De procedure is gestart met een dagvaarding op 3 december 2025, gevolgd door een mondelinge behandeling op 11 december 2025. De kantonrechter heeft verstek verleend tegen de gedaagden, aangezien zij niet op de oproeping zijn verschenen en alle wettelijke termijnen zijn nageleefd.

De kantonrechter heeft geoordeeld dat het spoedeisend belang van eiser bij de ontruiming van de woning voldoende is aangetoond. De vordering is toegewezen, waarbij de kantonrechter heeft bepaald dat gedaagden alleen de sleutels van de woning aan eiser moeten overhandigen. De ontruimingstermijn van drie dagen na betekening van het vonnis is als redelijk beoordeeld, gezien de beëindiging van de huurovereenkomst op 15 oktober 2025. De kantonrechter heeft de proceskosten voor rekening van [gedaagde 1] gesteld, omdat deze ongelijk heeft gekregen. De totale kosten zijn begroot op € 1.058,90, inclusief dagvaardingskosten, griffierecht en salaris voor de gemachtigde.

Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat het onmiddellijk kan worden uitgevoerd, zelfs als gedaagden in verzet komen. De beslissing van de kantonrechter omvat de veroordeling tot ontruiming van de woning binnen drie dagen, de veroordeling van [gedaagde 1] in de proceskosten, en de afwijzing van andere of meer gevorderde zaken.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Rotterdam
zaaknummer: 11981244 VV EXPL 25-721
datum uitspraak: 15 december 2025
Vonnis in kort geding van de kantonrechter
in de zaak van
[eiser],
woonplaats: Rotterdam,
eiser,
gemachtigde: mr. D.A.Y. Jacques,
tegen

1.[gedaagde 1],

woonplaats: Terneuzen,
2. [gedaagde 2],
gedaagden,
die niet zijn verschenen.
Gedaagde 1 wordt hierna aangeduid als [gedaagde 1].

1.De procedure

1.1.
Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:
  • de dagvaarding van 3 december 2025, met bijlagen 1 tot en met 5;
  • de mondelinge behandeling op 11 december 2025.

2.De beoordeling

2.1.
De kantonrechter verleent verstek tegen gedaagden. Gedaagden zijn namelijk niet verschenen in de procedure, terwijl bij hun oproeping in deze zaak alle wettelijke termijnen en regels zijn gevolgd.
2.2.
Het spoedeisend belang van eiser bij zijn vordering volgt uit zijn stellingen in de dagvaarding.
2.3.
De vordering komt de voorzieningenrechter niet onrechtmatig of ongegrond voor en wordt om die reden toegewezen, met inachtneming van het volgende. Tijdens de mondelinge behandeling heeft eiser gezegd dat gedaagden over sleutels voor (de centrale toegangsdeur naar) de woning beschikken en niet over de andere toegangsmiddelen die in de vordering worden genoemd. Daarom worden gedaagden alleen veroordeeld om die sleutels aan eiser af te geven. De gevorderde ontruimingstermijn van drie dagen na betekening van dit vonnis komt de kantonrechter redelijk voor in het licht van de onweersproken stelling dat de huurovereenkomst is geëindigd op 15 oktober 2025, zodat [gedaagde 1] sindsdien geen huurder van de woning meer is en wie toch nog in de woning verblijft daar geen recht op heeft.
2.4.
De proceskosten komen voor rekening van [gedaagde 1], omdat hij ongelijk krijgt (artikel 237 Rv) en niet vaststaat dat er nog mensen in de woning verblijven. De kantonrechter begroot de kosten die [gedaagde 1] aan eiser moet betalen op € 290,90 aan dagvaardingskosten (twee exploten van € 145,45 per stuk), € 90,00 aan griffierecht, € 543,00 aan salaris voor de gemachtigde en € 135,00 aan nakosten. Dat is in totaal € 1.058,90. Hier kan nog een bedrag bij komen als dit vonnis wordt betekend.
2.5.
Dit vonnis wordt uitvoerbaar bij voorraad verklaard, omdat eiser dat vordert (artikel 233 Rv). Dat betekent dat het vonnis meteen mag worden uitgevoerd, ook als (één van) gedaagden in verzet komt/komen tegen dit vonnis.

3.De beslissing

De kantonrechter:
3.1.
veroordeelt gedaagden om de woning aan het adres [adres] binnen drie dagen na betekening van dit vonnis te ontruimen, ontruimd te houden en te verlaten met alle daarin aanwezige personen en zaken, tenzij deze zaken aan eiser toebehoren, en de woning onder afgifte van de sleutels geheel in goede staat ter vrije beschikking aan eiser te stellen;
3.2.
veroordeelt [gedaagde 1] in de proceskosten, die aan de kant van eiser worden begroot op € 1.058,90;
3.3.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
3.4.
wijst het anders of meer gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. B. van Velzen en in het openbaar uitgesproken.
38671/50949