Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
uitspraak van de meervoudige kamer van 23 december 2025 in de zaak tussen
[eiseres] , te [plaats] , eiseres,
de Staat der Nederlanden (de minister van Justitie en Veiligheid).
Samenvatting
Procesverloop
Totstandkoming van het bestreden besluit
Tijdens mijn inspectie bevond ik mij in de panklaarafdeling op het eerste keurbordes. Ik was daar om 7:21 uur om de koppelbeoordeling van het koppel [pluimveehouderij] stal 1 uit te voeren. Ik wist dat dit koppel draaide, omdat ik rond 07:00 uur van de chef panklaar had doorgekregen dat het koppel [pluimveehouderij] stal 1 in de panklaar was. Ook zag ik op de lijst met de slachtvolgorde in de controlekamer dat het lopende koppel [pluimveehouderij] was (zie Bijlage Slachtvolgorde woensdag 01-07-2020). Ik zag op het scherm in de controlekamer dat de bandsnelheid op dat moment 10.440 karkassen per uur was.
Ik bevond mij voor een inspectie, buiten de 3 x 50 controles van pluimveekarkassen op verontreiniging in het kader van het Handhavingsprotocol verontreiniging karkassen bij slachthuizen Pluimvee met permanent toezicht, op de uitsnijderij afdeling van [eiseres]
Beoordeling door de rechtbank
Conclusie en gevolgen
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het besluit van 29 september 2022 voor zover dat ziet op de hoogte van de boetes;
- bepaalt dat deze uitspraak in de plaats treedt van het vernietigde deel van het besluit;
- herroept de primaire besluiten van 6 november 2020 en 8 januari 2021, voor zover het de hoogte van de boetes betreft;
- stelt de boetes vast op elk € 14.250,-;
- bepaalt dat de Staat der Nederlanden (de minister van Justitie en Veiligheid) het griffierecht van € 365,- aan eiseres moet vergoeden.