ECLI:NL:RBROT:2025:14985

• Datum uitspraak: 15 december 2025
• Publicatiedatum: 22 december 2025
• Zaaknummer: 10-172843-25
• Instantie: Rechtbank Rotterdam
• Type: Uitspraak
• Rechtsgebied: Strafrecht
• Procedures: Eerste aanleg - meervoudig
• Rechters: J.H. Janssen; W.J. de Veld; J.C. Tijink
• Vindplaatsen: Rechtspraak.nl

AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd

Vrijspraak voor medeplegen van wederrechtelijke vrijheidsberoving en poging tot afpersing

In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 15 december 2025 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van medeplegen van wederrechtelijke vrijheidsberoving, poging tot afpersing en medeplichtigheid aan wederrechtelijke vrijheidsberoving. De tenlastelegging omvatte verschillende feiten die zich hebben voorgedaan op 2 juni 2025 en 18 maart 2025, waarbij de verdachte samen met anderen betrokken zou zijn geweest bij het beroven van een slachtoffer van zijn vrijheid en het afpersen van geld door middel van geweld en bedreiging. De rechtbank heeft op basis van de gepresenteerde bewijsstukken en de verklaringen van de betrokken partijen geconcludeerd dat de beschuldigingen niet bewezen zijn. Zowel de officier van justitie als de verdediging kwamen tot de conclusie dat de verdachte vrijgesproken moest worden, wat de rechtbank heeft bevestigd. De benadeelde partij, die schadevergoeding had gevorderd, werd niet-ontvankelijk verklaard in zijn vordering, omdat de verdachte was vrijgesproken. De rechtbank heeft de benadeelde partij ook veroordeeld in de proceskosten van de verdachte, die op € 0 zijn begroot.

Uitspraak

Rechtbank RotterdaM

Meervoudige kamer strafzaken

Parketnummer: 10-172843-25

Datum uitspraak: 15 december 2025

Datum zitting: 1 december 2025

Tegenspraak

Verdachte:

[verdachte]

geboren op [geboortedatum] 2001 in [geboorteplaats] , ingeschreven op het adres [adres] , [postcode] [woonplaats] .

Advocaat van de verdachte: R. Moghni

Officier van justitie: K. Mandos

Benadeelde partij: [benadeelde] met advocaat A.C. Göçmen

1. Tenlastelegging

De volledige tenlastelegging (hierna beschuldiging) houdt in dat:

1.

hij op of omstreeks 2 juni 2025 te Tinte, gemeente Voorne aan Zee, en/of Rotterdam, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,

opzettelijk [slachtoffer] wederrechtelijk van de vrijheid heeft/hebben beroofd en/of beroofd gehouden, door

• die [slachtoffer] op het achterhoofd te slaan en/of
• die [slachtoffer] op te pakkken en in een auto te gooien en/of
• die [slachtoffer] in die auto met een helm op het hoofd te slaan en/of
• een (op een) pistool (gelijkend voorwerp) in de mond van die [slachtoffer] te stoppen en/of daarbij te zeggen dat ze hem gingen doodschieten, althans woorden van soortgelijke dreigende strekking en/of
• die [slachtoffer] in die auto van Tinte, gemeente Voorne aan Zee, naar een woning in Rotterdam te vervoeren en/of
• die [slachtoffer] die woning in te brengen en/of
• die [slachtoffer] in die woning te slaan en/of te schoppen en/of
• met een hete lepel een been van die [slachtoffer] te verbranden en/of
• te zeggen dat die [slachtoffer] geld moest betalen en/of
• te zeggen tegen die [slachtoffer] dat als hij aangifte zou doen, dat ze dan zijn hele familie zouden gaan doodschieten en/of
• de medeverdachten aan te moedigen en/of
• te beletten dat die [slachtoffer] kon vluchten of iets kon pakken en/of
• met opgebolde vuisten tegenover die [slachtoffer] te staan en/of
• getalsmatig de dadergroep te versterken.

2.

hij op of omstreeks 2 juni 2025 te Tinte, gemeente Voorne aan Zee, en/of Rotterdam, althans in Nederland, op de openbare weg, de Rietdijk (in Tinte voornoemd), tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, ter uitvoering van het door verdachte en/of zijn mededader(s) voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer] te dwingen tot de afgifte van geld, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan die [slachtoffer] en/of een derde toebehoorde(n)

• die [slachtoffer] op het achterhoofd heeft geslagen en/of
• die [slachtoffer] heeft opgepakt en in een auto gegooid en/of
• die [slachtoffer] in die auto met een helm op het hoofd heeft geslagen en/of
• een (op een) pistool (gelijkend voorwerp) in de mond van die [slachtoffer] heeft gestopt en/of daarbij heeft gezegd dat ze hem gingen doodschieten, althans woorden van soortgelijke dreigende strekking en/of
• die [slachtoffer] in die auto van Tinte, gemeente Voorne aan Zee, naar een woning in Rotterdam heeft vervoerd en/of
• die [slachtoffer] die woning heeft binnengebracht en/of
• die [slachtoffer] in die woning heeft geslagen en/of geschopt en/of
• met een hete lepel een been van die [slachtoffer] heeft verbrand en/of
• heeft gezegd dat die [slachtoffer] geld moest betalen en/of
• heeft gezegd tegen die [slachtoffer] dat als hij aangifte zou doen, dat ze dan zijn hele familie zouden gaan doodschieten en/of
• de medeverdachten heeft aangemoedigd en/of
• heeft belet dat die [slachtoffer] kon vluchten of iets kon pakken en/of
• met opgebolde vuisten tegenover die [slachtoffer] heeft gestaan en/of
• getalsmatig de dadergroep heeft versterkt,

terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.

3.

[medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] , althans een of meer personen, tezamen en in vereniging met elkaar, althans ieder voor zich, op of omstreeks 18 maart 2025 te Gouda en/of Rotterdam, althans in Nederland, opzettelijk [slachtoffer] wederrechtelijk van de vrijheid heeft/hebben beroofd en/of beroofd gehouden, door

• die [slachtoffer] te slaan en/of te schoppen en/of
• die [slachtoffer] in een/diens auto te dwingen, althans te laten plaatsnemen, en/of
• die [slachtoffer] in die auto te vervoeren van Gouda naar een huis in Rotterdam en/of
• die [slachtoffer] die woning in te brengen en/of
• die [slachtoffer] daar (wederom) te slaan en/of te schoppen en/of
• die [slachtoffer] te dwingen zich uit te kleden en/of
• een stok in de anus van die [slachtoffer] te duwen en/of
• tegen die [slachtoffer] te zeggen dat hij een ton aan geld aan hen moest geven en/of dat als hij dat niet zou doen, dat ze dan hetzelfde zouden doen, maar dan veel erger, althans woorden van soortgelijke dreigende aard en/of strekking

tot en/of bij het plegen van welk misdrijf verdachte op of omstreeks 18 maart 2025 te Rotterdam opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft

en/of opzettelijk behulpzaam is geweest door zijn, verdachtes, woning, ter beschikking te stellen aan die [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] , althans die personen, en/of hun mededaders.

2. Vrijspraak

De beschuldiging is niet bewezen. De verdachte wordt daarvan dus vrijgesproken. De officier van justitie en de verdediging zijn tot dezelfde conclusie gekomen, zodat de rechtbank dit niet verder zal motiveren.

3. Vordering van de benadeelde partij

Vordering [slachtoffer]

heeft als benadeelde partij voor alle feiten € 23.936,03 als vergoeding voor materiële schade en € 34.500,- als vergoeding voor immateriële schade gevorderd, te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.

Oordeel van de rechtbank

De rechtbank verklaart de benadeelde partij niet-ontvankelijk in de vordering, omdat de verdachte wordt vrijgesproken.

De rechtbank veroordeelt de benadeelde partij in de proceskosten die de verdachte heeft gemaakt bij de verdediging van de vordering, omdat de benadeelde partij niet-ontvankelijk wordt verklaard. Deze kosten worden tot vandaag begroot op € 0.

4. Beslissingen

De rechtbank:

Vrijspraak

verklaart niet bewezen dat de verdachte de feiten heeft gepleegd en spreekt de verdachte daarvan vrij;

Vordering benadeelde partij

verklaart de benadeelde partij [slachtoffer] niet-ontvankelijk in de vordering;

veroordeelt de benadeelde partij in de kosten die de verdachte heeft gemaakt voor de verdediging tegen de vordering, en begroot deze kosten op € 0.

5. Samenstelling rechtbank en ondertekening

Dit vonnis is gewezen door:

J.H. Janssen, voorzitter,

en W.J. de Veld en J.C. Tijink, rechters,

in tegenwoordigheid van M.S. Westhof, griffier,

en uitgesproken op de openbare zitting van deze rechtbank op 15 december 2025.

De jongste rechter is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.