Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1 primair, 2 en 3 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 7 jaren met aftrek van voorarrest.
4.Waardering van het bewijs
derevuurwapens en
debenen van die [slachtoffer] , terwijl die [slachtoffer] op de grond lag en
maalmet
eenvuurwapen schieten in de buik van die [slachtoffer] ;
,
5.Strafbaarheid feiten
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
8.Vordering benadeelde partij en schadevergoedingsmaatregel
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Bijlagen
11.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 6 (zes) jaren;
[slachtoffer], te betalen een bedrag van
€ 12.670,57 (zegge: twaalfduizendzeshonderdzeventig euro en zevenenvijftig cent), bestaande uit € 2.670,57 aan materiële schade en € 10.000,- aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 28 februari 2021 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van
[slachtoffer]te betalen
€ 12.670,57(hoofdsom,
zegge: twaalfduizendzeshonderdzeventig euro en zevenenvijftig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 28 februari 2021 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal van de hoofdsom van € 12.670,57 niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
98 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
[slachtoffer], waaronder begrepen betaling door zijn mededaders, tevens geldt als betaling aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij en omgekeerd.