ECLI:NL:RBROT:2025:3752

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
28 februari 2025
Publicatiedatum
21 maart 2025
Zaaknummer
11365859 CV EXPL 24-26395
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van factuur in het kader van een internationale koopovereenkomst

In deze zaak vordert Alektum Capital II AG, gevestigd in Zug, Zwitserland, betaling van een factuur van € 52,89 van [gedaagde] voor een bestelling die via mediamarkt.nl zou zijn geplaatst. De eiseres, Alektum, stelt dat [gedaagde] op of omstreeks 29 november 2021 een bestelling heeft geplaatst en deze niet heeft betaald, ondanks meerdere aanmaningen. De gedaagde betwist echter de bestelling en stelt dat zij geen bevestiging of de goederen heeft ontvangen. De kantonrechter heeft de eis van Alektum afgewezen, omdat Alektum niet voldoende bewijs heeft geleverd dat [gedaagde] de bestelling heeft geplaatst en ontvangen. De rechter oordeelt dat het aan Alektum was om dit te onderbouwen, wat niet is gebeurd. De zaak heeft een internationaal karakter, maar de Nederlandse rechter is bevoegd op basis van het Verdrag van Lugano. De proceskosten worden aan Alektum opgelegd, omdat zij ongelijk heeft gekregen. De kantonrechter heeft de proceskosten aan de zijde van [gedaagde] begroot op € 50,-.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Rotterdam
zaaknummer: 11365859 CV EXPL 24-26395
datum uitspraak: 28 februari 2025
Vonnis van de kantonrechter
in de zaak van
Alektum Capital II AG,
vestigingsplaats: Zug te Zwitserland,
eiseres,
gemachtigde: Van Lith Gerechtsdeurwaarders en Incasso,
tegen
[gedaagde],
woonplaats: [woonplaats] ,
gedaagde,
die zelf procedeert.
De partijen worden hierna ‘Alektum’ en ‘ [gedaagde] ’ genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:
  • de dagvaarding van 4 oktober 2024, met bijlagen;
  • de aantekeningen van de griffier van het mondelinge antwoord;
  • de repliek, met bijlagen,
  • de mail van [gedaagde] van 13 februari 2025, waarin zij onder meer stelt op 22 januari 2025 een reactie op de repliek te hebben opgestuurd.

2.De beoordeling

Wat is de kern?
2.1.
Deze zaak gaat over de vraag of [gedaagde] aan Alektum een bedrag van € 52,89 verschuldigd is voor een bestelling op mediamarkt.nl.
2.2.
Volgens Alektum luidt het antwoord op die vraag bevestigend. Zij stelt daartoe het volgende. [gedaagde] heeft op of omstreeks 29 november 2021 een bestelling geplaatst via de webshop van de Media Markt voor een bedrag van € 52,89, inclusief verzendkosten. De bij de bestelling doorgegeven (adres- en e-mail)gegevens zijn van [gedaagde] . [gedaagde] heeft ervoor gekozen om de koopprijs achteraf te betalen aan Klarna. Omdat [gedaagde] niet betaalde, heeft Klarna de vordering overgedragen (middels een zogeheten cessie) aan Alektum. Volgens Alektum heeft [gedaagde] de bestelling geleverd gekregen maar het factuurbedrag, ondanks meerdere aanmaningen en sommaties, onbetaald gelaten. Daarom eist Alektum in deze procedure dat [gedaagde] wordt veroordeeld om € 52,89 aan haar te betalen, vermeerderd met de rente en de kosten.
2.3.
[gedaagde] is het niet eens met de eis. Zij betwist dat zij deze bestelling heeft geplaatst en dat zij een orderbevestiging per e-mail heeft ontvangen. Ook heeft zij geen bestelling ontvangen. Verder geeft [gedaagde] aan dat zij geen sommaties of aanmaningen heeft ontvangen over deze vordering.
De uitkomst
2.4.
De kantonrechter wijst de eis van Alektum af. Hierna zal worden uitgelegd waarom.
Rechtsmacht en toepasselijk recht
2.5.
Voordat ingegaan wordt op de inhoud van de zaak overweegt de kantonrechter dat, nu Alektum in Zwitserland gevestigd is, deze procedure een internationaal karakter draagt. Allereerst dient daarom de vraag beantwoord te worden of de Nederlandse rechter bevoegd is van deze zaak kennis te nemen. Nederland en Zwitserland zijn beide partij bij het Verdrag van Lugano van 30 oktober 2007 (PbEU 2007, L 339/3, hierna: ‘EVEX II’). Aangezien [gedaagde] in Nederland woont, is op grond van artikel 15 en 16 van EVEX II de Nederlandse rechter bevoegd.
2.6.
Ingevolge artikel 14 lid 2 van de in deze zaak toepasselijke Verordening Rome I wordt de betrekking tussen Alektum als cessionaris en [gedaagde] als schuldenaar beheerst door het recht dat op de gecedeerde vordering van toepassing is. Gelet op artikel 6 lid 1 Verordening Rome I is dat in dit geval Nederlands recht.
Alektum heeft onvoldoende onderbouwd dat een koopovereenkomst is gesloten
2.7.
Nu [gedaagde] betwist dat zij een bestelling heeft gedaan was het aan Alektum om nader te onderbouwen dat daarvan wel sprake was. Dat de juiste persoonsgegevens zijn verstrekt, betekent niet zonder meer dat [gedaagde] die heeft doorgegeven. Het is immers ook voorstelbaar dat derden met gegevens van anderen een bestelling plaatsen waarbij de financiering via een bedrijf als Klarna loopt. Het had op de weg van Alektum gelegen om na het verweer van [gedaagde] (aanvullende) feiten en omstandigheden te stellen die – als deze bewezen zouden worden – tot het oordeel kunnen leiden dat [gedaagde] de bestelling heeft geplaatst én dat deze bestelling door of namens haar in ontvangst is genomen. Alektum heeft dat niet (voldoende) gedaan. Het gebruik van het juiste (e-mail)adres betekent niet altijd dat de brieven/e-mail degene aan wie die zijn gestuurd ook hebben bereikt. Een bewijs van verzending/ontvangst van de e-mails/brieven/de bestelling is niet overgelegd. Bij repliek heeft Alektum aangevoerd dat het ook niet (meer) mogelijk is om een verzendbewijs over te leggen.
2.8.
Nu Alektum haar stelling dat [gedaagde] de bestelling heeft geplaatst en ontvangen onvoldoende heeft onderbouwd, is er ook geen reden om Alektum toe te laten tot het leveren van bewijs.
2.9.
Dit heeft tot gevolg dat de eis van Alektum wordt afgewezen. Wat partijen verder nog hebben aangevoerd leidt niet tot een ander oordeel en kan daarom onbesproken blijven.
Proceskosten
2.10.
Alektum moet de proceskosten betalen, omdat zij ongelijk krijgt (artikel 237 Rv). De kantonrechter begroot de kosten die Alektum aan [gedaagde] moet betalen op € 50,- aan onkosten (artikel 238 lid 1 Rv).

3.De beslissing

De kantonrechter:
3.1.
wijst de vordering af;
3.2.
veroordeelt Alektum in de proceskosten, die aan de kant van [gedaagde] worden begroot op € 50,-.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.M. van Kalmthout en in het openbaar uitgesproken.
64362