Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.Het verloop van de procedure
- de advocaat van de moeder;
- de vader;
- de tante moederszijde;
- een vertegenwoordiger van de GI, te weten [persoon C] ;
- een begeleider van de vader en werkzaam bij Intensieve Hulp van de gemeente Rotterdam, te weten [persoon D] , aan wie bijzondere toegang is verleend.
De kinderrechter heeft vastgesteld dat de tolk is beëdigd overeenkomstig het bepaalde in artikel 12 van de Wet beëdigde tolken en vertalers.
2.De feiten
1 oktober 2020 onder curatele gesteld.
3.Het verzoek
4.De standpunten
[persoon C] de vaste jeugdbeschermer zal worden indien een ondertoezichtstelling wordt verleend.
5.De verklaring van de informant
6.De informatie van Intensieve Hulp van de gemeente Rotterdam
7.De beoordeling
8.De beslissing
mr. K.T.F. Chocolaad-de Bos, kinderrechter, in aanwezigheid van D. van der Aa als griffier, en op schrift gesteld op 1 april 2025.
- door de verzoeker en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak;
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.