ECLI:NL:RBROT:2025:4152

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
13 maart 2025
Publicatiedatum
2 april 2025
Zaaknummer
10-741326-11
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
  • mr. drs. K.Th. van Barneveld
  • mr. M.K. Asscheman-Versluis
  • mr. L.J.M. Janssen
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van de terbeschikkingstelling en voorwaardelijke beëindiging van dwangverpleging

Op 13 maart 2025 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende de terbeschikkingstelling van een terbeschikkinggestelde, geboren in 1986. De rechtbank heeft de termijn van de terbeschikkingstelling met één jaar verlengd en de verpleging van overheidswege voorwaardelijk beëindigd. De terbeschikkinggestelde verblijft formeel in een instelling en feitelijk in een begeleide woonvorm. De rechtbank heeft de vordering tot verlenging van de terbeschikkingstelling ontvangen van het openbaar ministerie op 27 januari 2025. Tijdens de openbare terechtzitting zijn de terbeschikkinggestelde, zijn raadsman en deskundigen gehoord. De instelling en deskundigen hebben geadviseerd om de terbeschikkingstelling te verlengen en de dwangverpleging voorwaardelijk te beëindigen, gezien de verbeterde situatie van de terbeschikkinggestelde. De rechtbank heeft op basis van deze adviezen en de stabiliteit van de terbeschikkinggestelde besloten om de verpleging onder voorwaarden te beëindigen. De rechtbank heeft voorwaarden gesteld aan het gedrag van de terbeschikkinggestelde en de reclassering opdracht gegeven om hulp en steun te verlenen bij de naleving van deze voorwaarden. De beslissing is genomen met inachtneming van de veiligheid van anderen en de algemene veiligheid van personen.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam
Team straf 2
Parketnummer: 10-741326-11
Datum uitspraak: 13 maart 2025
Beslissing van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, met betrekking tot de terbeschikkingstelling van:
[persoon A] , de terbeschikkinggestelde,
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1986,
formeel verblijvende in [naam instelling] te [plaats 1] (de instelling),
feitelijk verblijvende in de [verblijflocatie] te [verblijfplaats] ,
raadsman mr. S.C. van Paridon, advocaat te Rotterdam.

1.Inleiding

Bij vonnis van deze rechtbank van 1 november 2012 is de terbeschikkingstelling van de terbeschikkinggestelde gelast en is zijn verpleging van overheidswege (dwangverpleging) bevolen.
De terbeschikkingstelling is gelast ter zake van medeplegen van afpersing en poging tot zware mishandeling. De termijn van de terbeschikkingstelling is aangevangen op
15 maart 2013.
Bij beslissing van deze rechtbank van 28 februari 2024 is de terbeschikkingstelling laatstelijk verlengd met één jaar.

2.Procesverloop

De rechtbank heeft op 27 januari 2025 van het openbaar ministerie een vordering ontvangen tot verlenging van de terbeschikkingstelling met één jaar en de voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging. De vereiste stukken zijn bijgevoegd dan wel toegezonden.
De vordering is op de openbare terechtzitting van 13 maart 2025 behandeld. De officier van justitie mr. J. Wooldrik, de terbeschikkinggestelde, bijgestaan door zijn raadsman, en als deskundigen [persoon B] , werkzaam bij de instelling en [persoon C] , werkzaam bij Reclassering Nederland, zijn gehoord.

3.Adviezen

Advies instelling
De instelling adviseert in het rapport gedateerd 12 december 2024, de terbeschikkingstelling te verlengen met één jaar en de dwangverpleging voorwaardelijk te beëindigen. Bij de terbeschikkinggestelde is sprake van een autismespectrumstoornis en hij heeft verder antisociale trekken in de persoonlijkheid. De ter beschikking gestelde praktiseert
sinds 1 augustus 2023 proefverlof en verblijft sinds 17 oktober 2023 op de begeleide
woonvorm ' [verblijflocatie] ' te [plaats 2] . Hij heeft een stabiele vorm van functioneren gevonden. Hij vertoont geen agressief gedrag meer en zijn instelling op medicatie is sterk verbeterd. De ter beschikking gestelde is gemotiveerd om te werken aan verder herstel. Hij onderhoudt volgens afspraak en naar tevredenheid contact met de reclassering. Hij neemt zijn medicatie trouw in, houdt zich aan de afspraken en blijft abstinent. Ook krijgt hij ambulante begeleiding van de Ambulante Forensische Psychiatrie Noord-Nederland (AFPN). . Het resocialisatietraject richt zich op verdere inbedding in de maatschappij, waarbij onderzocht wordt welke ondersteuning (verder vormgeven adequaat hulpverleningsnetwerk) de ter beschikking gestelde behoeft om op langere termijn risico's op delictgedrag aanvaardbaar laag te houden. Het risico op recidive zonder de maatregel terbeschikkingstelling wordt ingeschat als matig-hoog. De deskundige heeft ter zitting toegelicht dat de afbouw van medicatie, zoals de terbeschikkinggestelde wenst, als dit al mogelijk is, zeer geleidelijk zou moeten gebeuren. Een paar maanden geleden heeft een verlaging van de risperidon plaatsgevonden van 4mg per dag naar 3mg per dag.
Advies psychiater
Psychiater [persoon D] adviseert in het rapport, gedateerd 12 december 2024, gelijk aan de instelling en stelt soortgelijke diagnoses. Het risico op recidive binnen het kader van de terbeschikkingstelling met de huidige verlofvorm is laag. Zonder de maatregel zou spanning op kunnen bouwen en loopt het risico op tot matig of hoger. Structuur en medicatie stellen de terbeschikkinggestelde in staat om zich aan afspraken te houden. Hij zet zich in voor zijn behandeling en heeft perspectief op resocialisatie. Verlenging van de terbeschikkingstelling met een jaar is in overeenstemming met het sterk verbeterde perspectief op verdere resocialisatie. De psychiater adviseert de verpleging voorwaardelijk te beëindigen.
Advies psycholoog
Psycholoog [persoon E] , adviseert in het rapport, gedateerd 15 december 2024, gelijk aan de instelling en stelt soortgelijke diagnoses. Er zijn vier belangrijke pijlers die de ter beschikking gestelde stabiel houden. Deze betreffen woning, werk, het blijven gebruiken van de ondersteunende medicatie en contact met hulpverlening. Indien passende woonruimte wordt gevonden in Assen en hij zijn werk behoudt, dan wordt ingeschat
dat het recidiverisico laag tot matig zal zijn als de ter beschikking gestelde zijn medicatie blijft gebruiken en contacten met de reclassering en AFPN zich continueren. Geadviseerd wordt om de terbeschikkingstelling te verlengen met één jaar en de dwangverpleging voorwaardelijk te beëindigen.
Advies reclassering
De reclassering adviseert in het rapport, gedateerd 7 november 2024, de dwangverpleging voorwaardelijk te beëindigen. Het risico op recidive kan met de in het rapport genoemde voorwaarden voldoende worden beperkt en is bij voorwaardelijke beëindiging matig.
De deskundige heeft op de terechtzitting toegelicht dat de terbeschikkinggestelde na het uitbrengen van het rapport een nog openstaande taakstraf heeft afgerond en dat zijn verplichting tot terugbetaling van wederrechtelijk verkregen voordeel is kwijtgescholden. Dit geeft de terbeschikkinggestelde meer ruimte om vooruit te kijken en hij verhoudt zich stabiel. Toegewerkt wordt naar het wonen buiten de beschermde woonvorm. De terbeschikkinggestelde is begonnen met kamertraining. Behalve de vraag of hij zijn medicatie zal blijven gebruiken, ziet de deskundige bij een voorwaardelijke beëindiging geen risico’s. De terbeschikkinggestelde zou wel wat meer (sociale) activiteiten mogen ondernemen ter bevordering van zijn sociale netwerk. Hij kan daarbij in overleg treden met de reclassering om te bepalen wat wenselijk is.

4.Standpunt van partijen

Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft geconcludeerd tot verlenging van de termijn van de terbeschikkingstelling met één jaar en voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging, onder de voorwaarden zoals genoemd in het reclasseringsadvies.
Standpunt van de ter beschikking gestelde
De ter beschikking gestelde en de raadsman hebben zich niet verzet tegen verlenging van de termijn van de terbeschikkingstelling en refereren zich aan het oordeel van de rechtbank.

5.Beoordeling

Op grond van de adviezen van de instelling en de onafhankelijke deskundigen en wat verder naar voren is gekomen op de terechtzitting is de rechtbank van oordeel dat:
- er nog steeds sprake is van een gebrekkige ontwikkeling en/of ziekelijke stoornis van de geestvermogens van de terbeschikkinggestelde;
- de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen eist dat de termijn van de terbeschikkingstelling met één jaar wordt verlengd.
De rechtbank is van oordeel dat de uit de stoornis van de geestvermogens voortvloeiende gevaarlijkheid van de terbeschikkinggestelde, voor de veiligheid van anderen of de algemene veiligheid van personen, dusdanig is teruggebracht dat het verantwoord is de dwangverpleging onder voorwaarden te beëindigen. De rechtbank zal daarbij ter bescherming van de veiligheid van anderen dan wel van de algemene veiligheid van personen de hierna te noemen voorwaarden stellen betreffende het gedrag van de terbeschikkinggestelde. De terbeschikkinggestelde heeft zich bereid verklaard zich aan die voorwaarden te houden.
De terbeschikkinggestelde functioneert nu voldoende stabiel, zodat het verantwoord is om deze volgende stap te nemen in zijn resocialisatieproces. De rechtbank moedigt hem aan om de door hem ingezette positieve lijn voort te zetten.
De totale duur van de terbeschikkingstelling met dwangverpleging gaat door de verlenging een periode van vier jaar te boven. Verlenging is niettemin mogelijk, omdat de terbeschikkingstelling is opgelegd voor een misdrijf dat gericht is tegen of gevaar veroorzaakt voor (de onaantastbaarheid van het lichaam van) een persoon.

6.Beslissing

De rechtbank:
verlengtde termijn van de terbeschikkingstelling met
1 (één)jaar;
beëindigtde verpleging van overheidswege voorwaardelijk;
steltdaarbij de volgende
voorwaarden betreffende het gedragvan de terbeschikkinggestelde:
de terbeschikkinggestelde maakt zich niet schuldig aan het plegen van een strafbaar feit;
de terbeschikkinggestelde meldt zich op afspraken bij de reclassering. De reclassering bepaalt hoe vaak dat nodig is;
de terbeschikkinggestelde verleent, ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit, medewerking aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of biedt een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aan;
de terbeschikkinggestelde houdt zich aan de aanwijzingen van de reclassering. De reclassering kan aanwijzingen geven die nodig zijn voor de uitvoering van het toezicht of om hem te helpen bij het naleven van de voorwaarden;
de terbeschikkinggestelde helpt de reclassering aan een actuele foto waarop zijn gezicht herkenbaar is. Deze foto is nodig voor opsporing bij ongeoorloofde afwezigheid;
de terbeschikkinggestelde werkt mee aan huisbezoeken;
de terbeschikkinggestelde geeft de reclassering inzicht in de voortgang van de begeleiding en/of behandeling door andere instellingen of hulpverleners;
de terbeschikkinggestelde vestigt zich niet op een ander adres zonder toestemming van de reclassering;
de terbeschikkinggestelde werkt mee aan het uitwisselen van informatie met personen en instanties die contact hebben met de terbeschikkinggestelde, als dat van belang is voor het toezicht;
de terbeschikkinggestelde werkt mee aan een time-out. Als de reclassering dat nodig vindt en de terbeschikkinggestelde daarmee instemt, kan hij voor een time-out worden opgenomen in een Forensisch Psychiatrisch Centrum (FPC) of andere instelling. Deze time-out duurt totdat de reclassering of de terbeschikkinggestelde deze beëindigt, maar maximaal zeven weken, met de mogelijkheid van verlenging met nog eens maximaal zeven weken, tot maximaal veertien weken per jaar;
de terbeschikkinggestelde gaat niet naar het buitenland of het Caribisch deel van het Koninkrijk der Nederlanden, zonder toestemming van de reclassering;
de terbeschikkinggestelde laat zich ambulant behandelen door de Ambulante Forensische Psychiatrie Noord-Nederland (AFPN) of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering en in overleg met de behandelende instelling. De behandeling duurt zolang de reclassering dat nodig vindt. De terbeschikkinggestelde houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling, waaronder het innemen van medicijnen, als de zorginstelling dat nodig vindt;
de terbeschikkinggestelde laat zich opnemen in de begeleide woonvoorziening van [verblijflocatie] in [plaats 2] , of soortgelijke instelling, te bepalen door de justitiële instantie die verantwoordelijk is voor de plaatsing. Hij houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorginstelling geeft voor de behandeling. Als de reclassering een overgang naar ambulante woonbegeleiding gewenst vindt, werkt de terbeschikkinggestelde mee aan de indicatiestelling en plaatsing;
de terbeschikkinggestelde gebruikt geen drugs en werkt mee aan controle op dit verbod. De controle gebeurt met urineonderzoek, bloedonderzoek en/of wangslijmonderzoek. De reclassering bepaalt hoe vaak en wanneer de terbeschikkinggestelde wordt gecontroleerd;
de terbeschikkinggestelde gebruikt geen alcohol, en werkt mee aan urineonderzoek, ademonderzoek (blaastest) en mogelijk bloedonderzoek om dit alcoholverbod te controleren. De reclassering bepaalt met welke controlemiddelen, hoe vaak en wanneer de terbeschikkinggestelde wordt gecontroleerd;
de terbeschikkinggestelde heeft een adequate dagbesteding die passend is bij zijn draagkracht en -last en met een vaste structuur. De dagbesteding draagt bij aan het voorkomen van delictgedrag. Hij wisselt niet van dagbesteding zonder toestemming van de reclassering;
de terbeschikkinggestelde geeft inzage in zijn financiën en werkt zo nodig mee aan het aflossen van zijn schulden en het treffen van betalingsregelingen. Desgewenst werkt hij mee aan schuldhulpverlening in het kader van de Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen en/of beschermingsbewind en/of budgetbeheer;
de terbeschikkinggestelde geeft inzicht in zijn sociaal netwerk en geeft de reclassering, indien nodig wordt geacht, toestemming om (ook in zijn afwezigheid) met zijn netwerk te spreken;
geeftaan Reclassering Nederland opdracht de ter beschikking gestelde bij de naleving van de voorwaarden hulp en steun te verlenen.
Deze beslissing is genomen door
mr. drs. K.Th. van Barneveld, voorzitter,
en
mr. M.K. Asscheman-Versluisen
mr. L.J.M. Janssen, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. T. van Driel, griffier en uitgesproken op de openbare terechtzitting.
Tegen deze beslissing kan het openbaar ministerie binnen veertien dagen na de uitspraak en de ter beschikking gestelde binnen veertien dagen na betekening daarvan beroep instellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.