Op 14 februari 2025 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een zaak waarin een klaagschrift was ingediend tegen het beslag op een geldbedrag van € 270.150,-. Dit beslag was gelegd op verzoek van de Ierse autoriteiten in het kader van een strafrechtelijk onderzoek naar witwassen en andere misdrijven. De rechtbank heeft vastgesteld dat aan alle wettelijke eisen voor het beslag is voldaan en dat er geen belemmeringen zijn om het beslag voort te zetten. De klager, die eerder was vrijgesproken van strafbare feiten, had verzocht om teruggave van het geldbedrag, maar de rechtbank oordeelde dat het strafvorderlijk belang in het Ierse onderzoek zwaarder weegt. De rechtbank heeft het beklag ongegrond verklaard, ondanks eerdere beslissingen tot teruggave, omdat het Openbaar Ministerie het geldbedrag nog niet kon vrijgeven in verband met het lopende Ierse onderzoek. De rechtbank benadrukte dat rechterlijke beslissingen nageleefd moeten worden, maar dat de huidige beslaglegging rechtmatig is. De beslissing is openbaar uitgesproken en er staat beroep in cassatie open voor de klager.