Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.[vennootschap sub 1] ,
[vennootschap sub 2],
[vennootschap sub 3],
[persoon A],
[persoon B],
[persoon C],
[persoon D],
1.De procedure
- de dagvaarding van 4 maart 2025 met producties 1 tot en met 6
- akte van eiswijziging in conventie
- de conclusie van antwoord in conventie, tevens conclusie van eis in reconventie met producties 1 tot en met 13
- de mondelinge behandeling gehouden op 2 april 2025
- de pleitnota van Alten
- de pleitnota van gedaagden
- de ter zitting aan de voorzieningenrechter en Alten overgelegde Excel sheet van gedaagden.
2.De feiten
De in deze kwestie betrokken vennootschappen
nietbij de inbeslagneming tegenwoordig zijn;
3.Het geschil in conventie
4.Het geschil in (voorwaardelijke) reconventie
5.De beoordeling in conventie
Niet-ontvankelijkheid
de aan Alten gelieerde ondernemingen’, ‘
op het gebied van IoT’, ‘
werknemers van Alten’). Bovendien geldt dat, als de aan de orde zijnde arbeidsrechtelijke bedingen al zijn overtreden, de looptijd (van een jaar) van het gros daarvan al is verstreken. Alten heeft op dat punt slechts gesteld dat er nu business van welgeteld één klant, Blue Radix, bij [vennootschap] c.s. terechtgekomen is. Nog daargelaten dat enige cijfermatige onderbouwing ontbreekt, is dat, naar voorlopig oordeel, volstrekt onvoldoende grondslag voor toewijzing van de gevorderde twee jaar durende verlenging van die bedingen.
met algemene onrechtmatige concurrentie te maken heeft”. Waarmee gedaagden precies moeten stoppen, is niet helder.