ECLI:NL:RBROT:2025:4797
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van een beroep tegen een boete opgelegd voor overtreding van de Wet dieren met betrekking tot lekvrije recipiënten
In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank Rotterdam het beroep van eiseres tegen een boete van € 2.500,-, opgelegd door de minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur voor een overtreding van de Wet dieren. De boete werd opgelegd op 11 augustus 2023 en gehandhaafd na bezwaar op 14 december 2024. De rechtbank heeft het beroep op 13 maart 2025 behandeld, waarbij de gemachtigden van beide partijen aanwezig waren. Eiseres betwistte de boete en voerde aan dat de recipiënten die zij gebruikte, lekvrij waren, en dat de constateringen van de toezichthouder niet klopten. De rechtbank oordeelt dat de minister terecht de boete heeft opgelegd, omdat de toezichthouder heeft vastgesteld dat er een rode vloeistof uit de recipiënt lekte, wat duidt op een overtreding van de regelgeving omtrent de opslag van dierlijke bijproducten. De rechtbank concludeert dat eiseres niet heeft aangetoond dat er bijzondere omstandigheden waren die de boete zouden moeten matigen. Het beroep wordt ongegrond verklaard, en de boete blijft in stand. Eiseres krijgt geen griffierecht terug en ook geen vergoeding van proceskosten.