ECLI:NL:RBROT:2025:4860
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot wijziging aanvrager kinderbijslag na scheiding
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 17 april 2025 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres en de Raad van Bestuur van de Sociale Verzekeringsbank (SVB) over de wijziging van de aanvrager van de kinderbijslag. Eiseres, die samen met haar ex-partner drie kinderen heeft, verzocht de SVB om de aanvrager van de kinderbijslag te wijzigen, aangezien haar ex-partner de hoofdaanvrager was na hun scheiding. De SVB heeft dit verzoek afgewezen, wat heeft geleid tot het indienen van een beroep door eiseres. De rechtbank heeft het beroep op 6 maart 2025 behandeld, waarbij zowel eiseres als haar gemachtigde en de gemachtigde van de SVB aanwezig waren.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de SVB op juiste gronden heeft geweigerd om de aanvrager van de kinderbijslag te wijzigen. De SVB heeft aangegeven dat er geen toestemming van de ex-partner was voor de wijziging en dat de beleidsregels van de SVB in deze situatie niet in het voordeel van eiseres uitpakten. De rechtbank heeft de argumenten van eiseres, waaronder haar financiële situatie en de wens om als aanvrager aangemerkt te worden, niet overtuigend geacht. De rechtbank concludeert dat de SVB het verzoek van eiseres op goede gronden heeft afgewezen en dat het beroep ongegrond is verklaard. Eiseres krijgt geen griffierecht terug en ook geen vergoeding van proceskosten.