Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 20 februari 2025, met bijlagen;
- de publicatie in de Staatscourant van 25 februari 2025.
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 28 maart 2025 uitspraak gedaan in een kort geding tussen Stichting Woonbron en een gedaagde die niet is verschenen. De eiseres, Woonbron, heeft een kort geding aangespannen om ontruiming van een huurwoning te vorderen. De procedure is gestart met een dagvaarding op 20 februari 2025, en de zaak is op 14 maart 2025 besproken. De kantonrechter heeft vastgesteld dat er sprake is van spoed, omdat de huurovereenkomst mogelijk rechtsgeldig is ontbonden vanwege de vondst van verboden chemicaliën in de kelderbox van de woning. De kantonrechter heeft de eisen van Woonbron toegewezen, waaronder de ontruiming van de woning en betaling van de huurprijs vanaf 1 april 2025. De gedaagde is veroordeeld tot betaling van een contractuele boete en de proceskosten. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat het onmiddellijk kan worden uitgevoerd, ook als de gedaagde in hoger beroep gaat. De kantonrechter heeft de proceskosten begroot op € 1.138,21, die voor rekening van de gedaagde komen.