Op 17 maart 2025 heeft de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven in een zaak betreffende een zorgmachtiging op verzoek van de officier van justitie. De betrokkene, geboren in 1951, lijdt aan schizofrenie en diabetes en heeft sinds 2010 psychiatrische zorg ontvangen in een verplicht kader. De rechtbank heeft vastgesteld dat betrokkene niet bereid was om zich te laten horen tijdens de mondelinge behandeling, waarbij haar advocaat en een verpleegkundige aanwezig waren. De officier van justitie was niet aanwezig omdat hij geen nadere toelichting nodig achtte. De rechtbank heeft vastgesteld dat betrokkene's psychische stoornis leidt tot ernstig nadeel, waaronder het risico op lichamelijk letsel en verwaarlozing. De rechtbank heeft geconcludeerd dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn en dat verplichte zorg noodzakelijk is. De rechtbank heeft de zorgmachtiging verleend voor een periode van vierentwintig maanden, ingaande op 17 maart 2025, en heeft de verzoeken om andere vormen van verplichte zorg afgewezen. De beschikking is mondeling gegeven door rechter J.M.L. van Mulbregt en schriftelijk uitgewerkt op 31 maart 2025.