Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1, 2, 3, 4, 5 en 6 primair ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot jeugddetentie voor de duur van 135 dagen, met aftrek van voorarrest, waarvan 90 dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar en met als bijzondere voorwaarden dat de verdachte zich zal melden bij de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond (hierna: de jeugdreclassering), zich zal inspannen tot het volgen van onderwijs volgens rooster, het meewerken aan behandeling bij Fivoor of een soortgelijke instantie, zich zal houden aan een contactverbod met de medeverdachten en aangevers, zal meewerken aan hulpverleningstrajecten die door de jeugdreclassering nodig worden geacht en zich zal houden aan de regels van de woonvoorziening waar hij geplaatst zal worden;
- met opdracht aan de jeugdreclassering tot het houden van toezicht op de naleving van voormelde bijzondere voorwaarden en de verdachte ten behoeve daarvan te begeleiden;
- veroordeling van de verdachte tot een taakstraf, bestaande uit een werkstraf voor de duur van 50 uren, subsidiair 25 dagen vervangende jeugddetentie.
4.Waardering van het bewijs
hetslachtoffer ten gevolge heeft gehad.
5.Strafbaarheid feiten
openlijk in vereniging geweld plegen tegen personen, terwijl het door de schuldige gepleegde geweld enig lichamelijk letsel ten gevolge heeft.
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straffen
Het risico op herhaling van gewelddadig gedrag is op dit moment hoog.
Geadviseerd wordt behandeling te richten op het behandelen van de normoverschrijdende gedragsstoornis van de verdachte. Het leren accepteren van gezag, zich houden aan de regels, en het bevorderen van het inlevingsvermogen en de gewetensontwikkeling is hierbij van belang. Gedacht kan worden aan een forensische ambulante behandeling zoals geboden wordt bij de Waag of de Fjord.
Geadviseerd wordt in geval van een bewezenverklaring deze behandeling te waarborgen met bijzondere voorwaarden bij een (deels) voorwaardelijke jeugddetentie.
De Raad maakt zich zorgen om het netwerk van de verdachte, aangezien hij bij de ten laste gelegde feiten met vrienden van hem was, en om het feit dat de verdachte impulsief reageert en niet nadenkt over de gevolgen voor hem en/of anderen. Daarnaast maakt de Raad zich zorgen om het feit dat de verdachte vanuit huis niet de ondersteuning krijgt die hij nodig heeft. De zorgen op de verschillende terreinen maken dat, wanneer de problematiek onbehandeld blijft, de kans op recidive zeer aanwezig blijft.
De Raad adviseert een voorwaardelijke jeugddetentie op te leggen, onder de bijzondere voorwaarden dat de verdachte:
8.Vorderingen benadeelde partijen en schadevergoedingsmaatregel
9.Vordering tenuitvoerlegging
10.Toepasselijke wettelijke voorschriften
11.Bijlagen
12.Beslissing
jeugddetentievoor de duur van
135 (honderdvijfendertig) dagen;
90 (negentig) dagen, niet ten uitvoer zal worden gelegd,tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
proeftijd, die wordt vastgesteld op
2 (twee) jaren;
- de veroordeelde zal medewerking verlenen aan jeugdreclasseringstoezicht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen en het zich melden bij de jeugdreclassering zo vaak en zolang als de jeugdreclassering dit noodzakelijk acht;
werkstrafvoor de duur van
50 (vijftig) uren;
€ 542,50 (zegge: vijfhonderdtweeënveertig euro en vijftig eurocent), bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 20 februari 2024 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij [slachtoffer 1] , te betalen
€ 542,50 (zegge: vijfhonderdtweeënveertig euro en vijftig eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 februari 2024 tot aan de dag van de algehele voldoening, en bepaalt daarbij de duur van de gijzeling op 0 (nul) dagen;
de tenuitvoerleggingvan de voorwaardelijk opgelegde taakstraf, bestaande uit een werkstraf voor de duur van 10 uren subsidiair 5 dagen vervangende jeugddetentie, opgelegd bij vonnis van 11 december 2023 in de zaak met parketnummer 10-153750-23.