ECLI:NL:RBROT:2025:6332
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M.G.L. de Vette
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot verlenging van prestatiebeurs door de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiseres tegen de afwijzing van haar verzoek om verlenging van haar prestatiebeurs voor de duur van een jaar. De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap heeft deze aanvraag afgewezen met een besluit van 30 maart 2023, en het bezwaar van eiseres is bij het bestreden besluit van 8 september 2023 ongegrond verklaard. Eiseres heeft tegen dit besluit beroep ingesteld, waarna de rechtbank op 4 maart 2025 de zaak heeft behandeld. Tijdens de zitting is het onderzoek geschorst om eiseres de gelegenheid te geven aanvullende informatie te verstrekken over haar studievertraging, die zij toeschrijft aan een medische omstandigheid na een auto-ongeluk in 2016.
Eiseres heeft in het verleden verschillende prestatiebeurzen ontvangen, maar de minister heeft geconcludeerd dat de medische omstandigheden niet hebben geleid tot studievertraging binnen de relevante periode van de prestatiebeurs. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiseres niet voldoende bewijs heeft geleverd dat haar studievertraging het gevolg was van een medische aandoening tijdens de periode waarin zij de prestatiebeurs ontving. De rechtbank oordeelt dat de minister het verzoek om verlenging van de prestatiebeurs op goede gronden heeft afgewezen, en dat er geen reden is om de hardheidsclausule toe te passen. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, wat betekent dat eiseres geen gelijk krijgt en geen vergoeding van proceskosten ontvangt.