ECLI:NL:RBROT:2025:6728

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
24 april 2025
Publicatiedatum
6 juni 2025
Zaaknummer
11599748 VZ VERZ 25-55
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek tot ontslag van testamentair bewindvoerder en bevoegdheidskwestie

In deze zaak verzoekt de testamentair bewindvoerder om ontslag uit zijn functie. De kantonrechter in Rotterdam, locatie Dordrecht, behandelt het verzoek, maar verklaart zich onbevoegd. De reden hiervoor is dat tijdens een testamentair bewind de kantonrechter van de woonplaats van de bewindvoerder bevoegd is om te beslissen op een verzoek tot ontslag. In dit geval is de bewindvoerder woonachtig in [woonplaats 1], waardoor de kantonrechter van de rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Breda, de bevoegde rechter is. De kantonrechter in Rotterdam heeft vastgesteld dat er geen concentratie van toezicht is en dat er geen andere bezwaren zijn tegen de verwijzing. De zaak wordt daarom doorverwezen naar de bevoegde kantonrechter. De beschikking is gegeven op 24 april 2025 en is openbaar uitgesproken.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Dordrecht
zaaknummer: 11599748 VZ VERZ 25-55
datum uitspraak: 24 april 2025
Beschikking van de kantonrechter
in de zaak van
[verzoeker],
woonplaats: [woonplaats 1] ,
verzoeker,
die zelf procedeert.
Met de volgende belanghebbende:
- [belanghebbende] ,
woonplaats: [woonplaats 2] .

1.De procedure

1.1.
Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:
- het verzoekschrift, ontvangen op 13 maart 2025, met bijlagen.
1.2.
De griffier heeft in de brieven van 27 maart 2025 verzoeker en belanghebbende op de hoogte gesteld van het voornemen om de zaak te verwijzen. Verzoeker en belanghebbende hebben niet van de mogelijkheid gebruik gemaakt om hierop te reageren.

2.De beoordeling

2.1.
Op [overlijdensdatum] is in Dordrecht overleden de heer [overledene] (hierna: de overledene). De overledene heeft in zijn testament een bewind ingesteld over door hem aan belanghebbende (zijn zoon) nagelaten of vermaakte goederen en hij heeft verzoeker tot bewindvoerder benoemd. Verzoeker heeft op 7 juni 2022 deze benoeming aanvaard.
2.2.
Verzoeker vraagt om te worden ontslagen als testamentair bewindvoerder van belanghebbende, omdat hij door het overlijden van de vader en de stiefmoeder van belanghebbende geen band meer met belanghebbende heeft. Ook heeft hij belanghebbende nog nooit ontmoet en geen werkzaamheden hoeven verrichten inzake het bewind.
2.3.
De kantonrechter in Rotterdam, locatie Dordrecht, is niet bevoegd kennis te nemen van het verzoek, omdat tijdens een testamentair bewind de kantonrechter van de woonplaats van de bewindvoerder bevoegd is om te beslissen op een verzoek tot het ontslag van de bewindvoerder (artikel 268 lid 1 Rv in samenhang gelezen met artikel 1:12 lid 2 BW). Verzoeker is woonachtig in [woonplaats 1] . Dit betekent dat de kantonrechter van de rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Breda, de bevoegde rechter is. De kantonrechter is niet gebleken van een concentratie van toezicht als bedoeld in artikel 1:12 lid 4 tweede zin BW. Evenmin is de kantonrechter gebleken van andere bezwaren tegen de verwijzing. De kantonrechter verklaart zich daarom op grond van artikel 270 Rv ambtshalve onbevoegd om van het verzoek kennis te nemen en verwijst de zaak naar de kantonrechter die wel bevoegd is.

3.De beslissing

De kantonrechter:
3.1.
verklaart zich onbevoegd;
3.2.
verwijst de zaak in de stand waarin deze zich bevindt naar de kantonrechter van de rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Breda;
3.3.
draagt de griffier op de processtukken en een afschrift van deze beschikking toe te sturen aan de griffier van de kantonrechter van de rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Breda.
Deze beschikking is gegeven door mr. C. van Steenderen-Koornneef en in het openbaar uitgesproken.
31688