Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.De procedure
- verzoekster;
- de heer [persoon A] , partner van verzoekster;
- de heer N. Belo, werkzaam bij Sociale Dienst Drechtsteden, beschermingsbewindvoerder.
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft verzoekster op 14 maart 2025 een verzoekschrift ingediend tot toepassing van de schuldsaneringsregeling. Tijdens de zitting op 19 mei 2025 zijn verzoekster, haar partner en de beschermingsbewindvoerder gehoord. Verzoekster heeft geen inkomsten en een schuldenlast van € 13.140,85. De rechtbank oordeelt dat het verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling alleen kan worden toegewezen als verzoekster aannemelijk maakt dat zij de verplichtingen uit de regeling zal nakomen en zich zal inspannen om baten voor de boedel te verwerven. De rechtbank constateert dat verzoekster geen sollicitaties heeft overgelegd, ondanks een expliciet verzoek daartoe. Verzoekster heeft verklaard dat zij vanwege de zorg voor haar kinderen niet fulltime kan werken en dat haar partner al fulltime werkt. De rechtbank twijfelt aan de saneringsgezinde houding van verzoekster, aangezien zij niet heeft gesolliciteerd en zich niet heeft verdiept in opvangmogelijkheden voor haar kinderen. Hierdoor is de rechtbank van mening dat verzoekster niet voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat zij zich zal inspannen om baten voor de boedel te verwerven. Het verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling wordt afgewezen. De rechtbank wijst erop dat er mogelijk andere feiten of omstandigheden zijn die ook tot afwijzing van het verzoek kunnen leiden.