Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
[eiser 1],
[eiser 2],
[eiser 3],
[eiser 4],
[gedaagde 1],
[gedaagde 2],
1.De procedure
- de dagvaarding van 21 juni 2024, met producties 1 tot en met 12;
- de conclusie van antwoord, met producties 1 tot en met 27;
- de aanvullende producties 13-15 van [eisers];
- de akte wijziging van eis, met producties 16 en 17;
- de spreekaantekeningen van partijen;
- de mondelinge behandeling op 27 maart 2025.
2.De feiten
3. Leveringsdatum:Koper verwacht een bindende overeenkomst te sluiten om het Vastgoedobject te verwerven op of voor
31 december 2024. Hoewel deze potentiële transactie is besproken met het senior management moet een bindende overeenkomst voor de Beoogde Transactie worden goedgekeurd door de investeringscommissie, welke kan worden verkregen na voltooiing van een conveniërend due dilligence-onderzoek en instemming met de definitieve overeenkomst. Koper zal een eerste concept van de koopovereenkomst verstrekken dat zal zijn opgemaakt in de Nederlandse taal.
a deferred tax liability’.” Namens [gedaagden] is dezelfde dag medegedeeld dat de verkoopprijs
€ 5.000.000,00 blijft.
We can agree with you extending until the 31st of March without paying any rent, but under the condition that we can also postpone the transfer to that date as well (as otherwise, we would need to pay financing costs without any rent coming in). Furthermore, we need to have a clear date when the decision to postpone until the 31st of March will be made. We need to plan refurbishments and secure a new tenant. We would like to propose a 6-month notice period (June 30, for December 31, 2024, up until September 30 for March 31, 2025).
At the signing of the SPA, we can provide a guarantee and corresponding penalty clause through the family holding company, 3P Investments BV, for 10% of the purchase price.
- See comment above (3)
- As discussed earlier, in regard with the higher-than-expected capex and the earlier mentioned fiscal aspects, this is a very important part for us.
– This is agreed
- Please make any preferred adjustments to the warranties and liabilities in the attached Word file, and we can review them.
- This is agreed and can be adjusted in the Word file if needed.
- After signing of the SPA we will set up SPV’s tot structure the deal, which is customary as we don’t want to include the asset in our operating company. Furthermore we are looking for one minority stakeholder as each entity can’t hold more then 33% of the shares due to the RETT. We can, however, add an additional provision stating that at least the majority of the rights remain in the hands of an affiliated company of the aforementioned buyers ([eiser 1]/[eiser 2]).
3.Het geschil
4.De beoordeling
Procedureel
[eisers] hebben ter zitting verduidelijkt dat de nieuwe eis moet worden gelezen als ingesteld door [eiser 1] en [eiser 2] en als een vermindering tot nihil, ofwel intrekking van de vorderingen van [eiser 3] en [eiser 4]. Dit betekent dat de rechtbank zal beslissen op de gewijzigde eis, zoals die in 3.1 staat vermeld.
we have a deal” (zie 2.6) niet op alle onderdelen waarover partijen onderhandelden, overeenstemming was bereikt. [eiser 1] en [eiser 2] menen echter dat de mededeling van [naam] niettemin bindend is en dat op dat moment een overeenkomst tot stand is gekomen. [gedaagden] betwisten dat en voeren aan dat op essentiële onderdelen nog geen overeenstemming is bereikt.
Regiopolitie/Hovax)).
we have a deal’, niet zonder meer worden beschouwd als definitieve overeenstemming die slechts nog schriftelijke vastlegging behoefde, zoals [eiser 1] en [eiser 2] betogen. Weliswaar waren partijen op het moment van die mail het er over eens dat een transactie gericht op overdracht van het bedrijfspand op initiatief van [eiser 1] in beginsel zou worden vormgegeven door een aandelenoverdracht en dat de koopprijs € 5.000.000,00 zou bedragen, maar [eiser 1] en [eiser 2] hebben niet onderbouwd gesteld dat daarmee op dat moment aan alle essentialia was voldaan. [gedaagden] hebben onderbouwd betoogd dat over voor hen essentiële onderdelen nog geen overeenstemming bestond. Ten eerste schrijft [naam] in de bewuste e-mail dat een deal interne goedkeuring behoeft en die goedkeuring is er niet gekomen. Verder hebben [gedaagden] onder meer het belang van fiscale aspecten waarover nog onduidelijkheid was helder gemaakt en als niet-onderhandelbare voorwaarde gesteld (zie 2.12) dat kopers zekerheid dienden te verstrekken die [gedaagden] voldoende comfort zou bieden. Op die punten liep het spaak. De rechtbank acht het begrijpelijk dat [gedaagden] substantiële zekerheid verlangden bij levering op de langere termijn en dat de aangeboden zekerheid onvoldoende werd geacht. Daarbij komt dat [eisers] kennelijk wegens fiscale voordelen aan hun zijde, de transactie wilden doen met vier kopers, maar dit bij de aan [gedaagden] toegezonden conceptovereenkomst nog niet kenbaar hadden gemaakt, terwijl voor verkopers ook van belang was te weten wie de kopers zijn om te kunnen beoordelen of zij met een gegoede partij zaken doen en of zij daarbij geen onnodige (financiële en/of reputatie-) risico’s lopen. Weliswaar staat in de LOI dat koop kan plaatsvinden door een nader te noemen meester, maar dat betekent niet dat zonder meer iedere willekeurige partij als wederpartij moet worden geaccepteerd (zie ook 3:67 BW). Over al deze (samenhangende) essentialia was op 10 april 2024 geen overeenstemming bereikt.
- Griffierecht € 688,00
- Advocaatkosten € 8.714,00 (2 punten × tarief VIII van € 4.357,00)
- Nakosten