Op 29 april 2025 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven over de verlenging van de ondertoezichtstelling van een minderjarige, geboren in 2015, in de zaak van de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond. De ouders van de minderjarige, de moeder en de vader, zijn belast met het ouderlijk gezag en de minderjarige woont bij de moeder. De kinderrechter heeft de procedure opgestart na een verzoek van de GI om de ondertoezichtstelling te verlengen. Tijdens de mondelinge behandeling op dezelfde datum waren beide ouders en vertegenwoordigers van de GI aanwezig. De GI heeft aanvankelijk verzocht om een verlenging van een jaar, maar heeft dit verzoek tijdens de zitting gewijzigd naar een verlenging van negen maanden. De ouders hebben positieve stappen gezet in hun communicatie en samenwerking, maar er blijven zorgen over de draagkracht van de ouders en het welzijn van de minderjarige. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de wettelijke criteria voor verlenging van de ondertoezichtstelling zijn voldaan en heeft besloten de ondertoezichtstelling te verlengen tot 6 februari 2026. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de beslissing direct geldt, ook als er hoger beroep wordt ingesteld. De ouders hebben de mogelijkheid om binnen drie maanden na de uitspraak in hoger beroep te gaan.