Op 10 juni 2025 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende de verlenging van de terbeschikkingstelling van een ter beschikking gestelde, die in 1987 is geboren. De terbeschikkingstelling was eerder gelast op 16 maart 2022, na een poging tot doodslag, en de termijn was begonnen op 28 mei 2023. Het Openbaar Ministerie diende op 10 april 2025 een vordering in tot verlenging van de terbeschikkingstelling met één jaar, welke op de openbare zitting van 10 juni 2025 werd behandeld. De rechtbank hoorde de ter beschikking gestelde, zijn raadsman mr. D.C.O. Ayinla, en een deskundige van de reclassering. De psychiater adviseerde de verlenging van de terbeschikkingstelling, gezien de diagnose van een persoonlijkheidsstoornis en de licht verstandelijke beperking van de ter beschikking gestelde. De reclassering gaf ook een positief advies, maar wees op de risico's van alcoholgebruik. De rechtbank concludeerde dat de ter beschikking gestelde nog steeds een gebrekkige ontwikkeling en/of ziekelijke stoornis van de geestvermogens vertoont en dat de veiligheid van anderen eist dat de terbeschikkingstelling met één jaar wordt verlengd. De rechtbank nam de adviezen van de psychiater en de reclassering over en verlengde de tbs-maatregel met één jaar.