Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.[gedaagde 1] ,
1.De procedure
- het tussenvonnis van 15 januari 2025;
- diverse correspondentie van partijen inzake de benoeming van een deskundige;
- de brief van de rechtbank aan partijen en de brief van de rechtbank aan de heer drs. R. Van Woerden (hierna: Van Woerden of de deskundige), allebei van 5 juni 2025;
- het e-mailbericht van Van Woerden aan de rechtbank van 11 juni 2025;
- het e-mailbericht van de rechtbank aan Van Woerden van 25 juni 2025.
2.De verdere beoordeling
Het tussenvonnis
€ 12.000,- exclusief btw. Inclusief btw moet rekening worden gehouden met € 10.900,- tot
€ 15.480,- . De rechtbank zal voor wat betreft het voorschot uitgaan van het laatst genoemde bedrag.
3.De beslissing
€ 15.480,-. (inclusief btw),
binnen twee wekenna de datum van de nog te ontvangen nota met betaalinstructies van het Landelijk Dienstencentrum voor de Rechtspraak,
- uit het schriftelijk bericht moet blijken op welke stukken het oordeel van de deskundige is gebaseerd,
- de deskundige (eerst) een concept van het rapport aan partijen moet toezenden, opdat partijen de gelegenheid krijgen binnen vier weken daarover bij de deskundige opmerkingen te maken en verzoeken te doen, en dat de deskundige in het definitieve rapport de door partijen gemaakte opmerkingen en verzoeken en de reactie van de deskundige daarop moet vermelden,