Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 11 juli 2024, met bijlagen;
- de aantekeningen van het mondelinge antwoord;
- de repliek, met bijlagen;
- de dupliek;
- de rolbeslissing 7 november 2024.
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft Nedpal B.V. een vordering ingesteld tegen [gedaagde] voor de betaling van de koopprijs van geleverde pallets. [gedaagde] heeft in juni 2023 drie ladingen pallets besteld, maar heeft de facturen van in totaal € 17.185,87 niet betaald. Hij betwist de betaling op basis van de stelling dat de eerste lading pallets beschimmeld was en dat hij de tweede en derde lading niet heeft ontvangen. De kantonrechter heeft de vordering van Nedpal toegewezen, omdat [gedaagde] zijn verweer niet voldoende heeft onderbouwd. De kantonrechter oordeelt dat de eerste lading pallets niet beschimmeld was, aangezien [gedaagde] erkent deze lading te hebben ontvangen. Bovendien heeft hij niet aangetoond dat hij Nedpal in de gelegenheid heeft gesteld om onbeschimmelde pallets te leveren, wat vereist is om aanspraak te maken op schadevergoeding. Voor de tweede en derde lading pallets heeft Nedpal voldoende bewijs geleverd dat deze zijn afgeleverd, onder andere door middel van vrachtbrieven en gps-gegevens. De kantonrechter heeft ook de wettelijke handelsrente en incassokosten toegewezen, evenals de proceskosten, omdat [gedaagde] ongelijk heeft gekregen. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat Nedpal het vonnis onmiddellijk kan uitvoeren, ook als [gedaagde] in hoger beroep gaat.