4.2.Bewezenverklaring
In bijlage II heeft de rechtbank de inhoud van wettige bewijsmiddelen opgenomen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Op grond daarvan, en op grond van de redengevende inhoud van het voorgaande, is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde heeft begaan op die wijze dat:
1.
hij in de periode van 1 oktober 2023 tot en met 18 maart 2025 in Nederland
gegevens, te weten
- meerdere belscripts in diverse talen voor het plegen
vanvriend-in-nood-fraude
(VIN-Fraude) en bank-help-desk-fraude en
- leadslijsten (met contactinformatie van potentiële personen) en
een
- bulk sms applicatie en
een
- phishingpanel
voorhanden heeft gehad,
waarvan hij, verdachte, wist dat die bestemd waren tot het plegen van
vriend-in-nood-fraude (VIN-Fraude) en bank-help-desk-fraude, in elk geval een der
misdrijven omschreven in de artikelen 310, 311, 312, 317, 321 en 326 van het
Wetboek van Strafrecht terwijl dit feit betrekking had op de verkrijging van een
niet-contant betaalinstrument;
2.
hij in de periode van 1 oktober 2023 tot en met 18 maart 2025 in Nederland,
niet-openbare gegevens, te weten
- NAW-gegevens (naam, adres, geboortedata, telefoonnummers en/of andere
persoonlijke gegevens) en
- credit-card gegevens (kaartnummer, expiratiedatum en CVV code) en
- bankgegevens (namen, woon- en emailadressen, banksaldo's)
heeft verworven en(uit win
stbejag) voorhanden heeft gehad,
terwijl hij, verdachte, ten tijde van de verwerving en het voorhanden
krijgen van deze gegevens wist of redelijkerwijs had moeten vermoeden dat deze
door misdrijf waren verkregen;
3.
hij in de periode
van1 oktober 2023 tot en met 18 maart 2025 in Nederland
tezamen en in vereniging met anderen
ter uitvoering van het door verdachte en/of zijn mededaders
voorgenomen misdrijf om
met het oogmerk om zich en/of een ander
wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een
valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel
van verdichtsels,
een of meer (tot nu toe onbekend gebleven) personen te bewegen tot de afgifte van
geldbedragen, het verlenen van een dienst
en/ofhet ter beschikking
stellen van gegevens, te weten
door zich in whatsapp-berichten, in diverse buitenlandse talen,
verzonden naar die personen, tegenover die personen heeft voorgedaan als zijnde
de dochter en/of zoon, van die personen
en/of
- daarbij/daarin aan die personen heeft mede gedeeld/verzocht - zakelijk
weergegeven -
* dat zij en/of hij tijdelijk een nieuw en/of een ander 06-nummer heeft
en/of
* dat zij en/of hij, een of meer facturen/rekeningen over het hoofd
heeft gezien en/of openstaande facturen/rekeningen heeft die per direct/met spoed
voldaan moeten worden en/of zij en/of hij geen toegang krijgt tot het
(bank/betaal)systeem en/of haar en/of zijn internetbankieren en/of in geldnood zit
en/of die personen derhalve deze betalingen voor haar en/of hem kan voorschieten,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd, is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.
Voor zover in de tenlastelegging type- en taalfouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring in het cursief verbeterd. Blijkens het verhandelde ter terechtzitting is de verdachte daardoor niet in de verdediging geschaad.