In deze strafzaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 27 juni 2025 uitspraak gedaan in de zaak tegen de verdachte, geboren in 1991, die werd beschuldigd van het medeplegen van verschillende strafbare feiten, waaronder het voorhanden hebben van een vuurwapen, het witwassen van een geldbedrag van € 2.750,-, het opzettelijk aanwezig hebben van 720,7 gram cocaïne en het telen van hennep. De officier van justitie had vrijspraak gevorderd voor alle ten laste gelegde feiten. De rechtbank heeft geoordeeld dat de ten laste gelegde feiten niet wettig en overtuigend konden worden bewezen, waardoor de verdachte van alle beschuldigingen is vrijgesproken. Tevens is er een last tot teruggave van in beslag genomen goederen, waaronder een Apple iPhone, aan de verdachte gegeven. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer van de rechtbank, waarbij de voorzitter en twee andere rechters aanwezig waren. De zitting vond plaats in tegenwoordigheid van de griffier, en de uitspraak werd openbaar gedaan.