ECLI:NL:RBROT:2025:8977
Rechtbank Rotterdam
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Verzoek om voorlopige voorziening niet-ontvankelijk wegens niet-betaling griffierecht
Op 23 juli 2025 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in de zaak met zaaknummer ROT 25/4908. Het verzoek om een voorlopige voorziening van de verzoeker, die bezwaar had gemaakt tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam, is niet-ontvankelijk verklaard. De verzoeker had een verzoek ingediend voor het plaatsen van terrasschermen, een vlonder en bouwwerken op een terras, maar had het vereiste griffierecht van € 385,- niet tijdig betaald. De griffier had de verzoeker per aangetekende brief op 26 juni 2025 in de gelegenheid gesteld om het griffierecht binnen twee weken te betalen. De brief was op 30 juni 2025 bezorgd, maar de verzoeker heeft geen bewijs geleverd dat het griffierecht tijdig was betaald. De voorzieningenrechter oordeelde dat er geen verontschuldiging was voor het niet tijdig betalen van het griffierecht, waardoor het verzoek kennelijk niet-ontvankelijk werd verklaard. De uitspraak is gedaan zonder zitting, conform artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.