Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1 primair, 2 primair, 3 primair, 4 primair en 5 primair ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 1 jaar, geheel voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar, een taakstraf voor de duur van 240 uren, subsidiair 120 dagen vervangende hechtenis en als bijkomende straf ontzetting uit het recht tot het uitoefenen van een beroep als bestuurder van een rechtspersoon in de afvalbranche gedurende een periode van 5 jaar.
4.Geldigheid dagvaarding
5.Waardering van het bewijs
- [verdachte] heeft verklaard dat hij bij drie afvalbedrijven heeft gewerkt, waarna hij voor zichzelf is begonnen. Met betrekking tot het ontstaan van [bedrijf 3] verklaarde hij onder andere dat [naam 1] in het plasticafval wilde en dat [naam 1] hem heeft gevraagd om de inkoop en verkoop te doen.
- Het handelsregister vermeldt als bedrijfsactiviteit van de besloten vennootschap van [verdachte] , [bedrijf 4] (hierna: [bedrijf 4] ), onder andere het voorbereiden van gesorteerd materiaal tot recycling en het recyclen van plasticafval en papier. Het vermeldt niets over het overbrengen van bijproducten of nieuwe producten. De handelsnaam van [bedrijf 4] is [handelsnaam] . In de jaarrekening van [bedrijf 4] over het jaar 2018 staat als beschrijving van de belangrijkste activiteiten van de rechtspersoon het importeren en exporteren van afvalplastic.
- Voor de transporten naar vier van de vijf landen waar de tenlastelegging betrekking op heeft (Nigeria, Thailand, Turkije, Zuid-Afrika) is een Annex VII opgemaakt. Het Annex VII-document wordt gebruikt voor de overbrenging van ‘groene-lijst’-afvalstoffen voor nuttige toepassing. Bij het opstellen van deze documenten was de verdachte telkens betrokken.
- Vak 9 van deze Annex VII-documenten vermeldt als stof die overgebracht diende te worden de termen LDPE, Scrap, Film (scrap), PVC (balen, regrind, cable regrind, cable scrap, plastic waste, mix color), Plastic Scrap (Plastic scrap LDPE 80/20), Plastic Waste (Plastic Waste & scrap in bales), PE & PP Film (PE Film, PP (Bigbags), PE folie 90/10). Dit zijn allemaal beschrijvingen die onderbouwen dat het gaat om afvalstoffen. Vak 10 van deze Annex VII-documenten vermeldt identificatiecodes die ook onderbouwen dat het gaat om afvalstoffen, namelijk codes uit Bijlage III, IIIA of IIIB van Verordening 1013/2006, zijnde Bazel-code 3010, OESO-code GH013, Euralcode 20.02.30 en Euralcode 19.12.04. Als producent van het afval (de zogenoemde Waste Generator) stond vaak [medeverdachte rechtspersoon] (zijnde medeverdachte [medeverdachte rechtspersoon] ) te [vestigingsplaats] vermeld. Door deze Annex VII-documenten op te stellen en bij het transport te voegen, geeft de opdrachtgever aan dat de over te brengen goederen, afvalstoffen zijn.
- Op 20 augustus 2019 werden op het deel van het bedrijfsterrein van [medeverdachte rechtspersoon] , waar volgens een medewerker van [medeverdachte rechtspersoon] de materialen van [verdachte] en het bedrijf [bedrijf 4] lagen, voorraden plasticafvalstoffen aangetroffen.
- [bedrijf 4] , [medeverdachte rechtspersoon] , en [verdachte] zijn een samenwerkingsovereenkomst aangegaan op het gebied van kunststoffenhandel, die kennelijk een vastlegging bevat van een staande praktijk. In de overeenkomst garandeert [bedrijf 4] onder meer dat zij zal voldoen aan alle wet- en regelgeving ter zake het transport van afvalstoffen, waaronder de EVOA en beschikt over de voor overbrenging vereiste EVOA-contracten. Ook staat erin dat [medeverdachte rechtspersoon] voor inkomende en uitgaande leveringen, conform de instructies van [bedrijf 4] , onder andere het VII-document verzorgt.
- Op de vraag wat [medeverdachte rechtspersoon] voor een soort bedrijf is, verklaarde de [medeverdachte 1] (hierna: [medeverdachte 1] ) dat [medeverdachte rechtspersoon] zich bezighoudt met de inzameling van reststoffen en de verwerking en vermarkting daarvan. Op de vraag of deze reststoffen afvalstoffen zijn, verklaarde hij bevestigend.
- Alle foto’s in het dossier van de stoffen die gepland stonden voor overbrenging en/of zijn overgebracht tonen afvalstoffen.
- De stoffen die [verdachte] heeft overgebracht naar Nigeria, ontving hij van [naam 2] . [naam 2] betaalde [verdachte] om de eigendom van deze stoffen over te nemen. [verdachte] duidt dit op de factuur aan met ‘negatief ingekocht’ en verbindt hieraan dat zijn afnemer niet hoeft te betalen voor het transport. [verdachte] zet de factuur op ‘0’. Deze gang van zaken onderbouwt dat de stoffen afvalstoffen betroffen. Via whatsapp met de contactpersoon van [verdachte] in Nigeria wordt gecommuniceerd dat het gaat om PVC Regrind.
- Naar aanleiding van de stoffen die [verdachte] heeft willen overbrengen naar Turkije, vermeldt hij in een heimelijk afgeluisterd gesprek van 8 augustus 2019 het volgende:
Maar je ziet het nou. Iedereen dumpt zijn troep in Turkije. Er zijn niet veel landen meer over. Iedereen gaat naar Turkije en ook alle rotzooi gaat er naar toe. Dan krijg je dit soort taferelen. De Turkse overheid gaat dan ook een keer zeggen flikker lekker op. Weer hetzelfde tafereel als in China. Maar het komt eigenlijk door onszelf. We laden zelf allemaal die rotzooi er naar toe. De hele dag door. He, luister vriend, ik laad niet alleen mooi spul. Ik heb ook Turkse klanten die kopen alleen lage kwaliteit, vriend. Van die spul van hoe heet die nou, uit Ierland en zo. Je weet zelf dat is geen topkwaliteit. (…) Kijk hun verdienen er geld aan, maar het blijft troep he. Maar vriend, ik ben niet de enigste die dat doet he’
Ja ik zweer het. Ik zie de containernummers, ik heb het net gecontroleerd, de vijf slechte, de bouwfolie, de vieze folie laten ze doorgaan, ik heb alles gecontroleerd, en de vijf goede sturen ze terug’. Gelet hierop was [verdachte] wel degelijk op de hoogte van de inhoud van de containers en het feit dat deze niet ‘schoon’ waren in de zin van de EVOA. Dat maakt dat bewezen kan worden verklaard dat hij zich opzettelijk heeft beziggehouden met de illegale overbrenging van 3 containers met daarin een mengsel van afvalstoffen naar Turkije.
of omstreeksde periode van 28 mei 2018 tot en met 20 augustus 2018 te
althans in Nederland,
al dan niet
althans eenmaal, (een)handeling
(en
)heeft verricht als
een of meercontainers ( [containernummer 3] en
/of
/of[containernummer 5] en
/of[containernummer 6] en
/of[containernummer 7]
/of[containernummer 8] ), waarvan de inhoud bestond uit balen met PVC cable scrap
en/of textile scrap over te brengen van Nederland naar Malawi,
of omstreeksde periode van 22 november 2018 tot en met 22 februari 2019 te Uithoorn en/of Venlo en/of Arnhem,
althans in Nederland,tezamen en in vereniging met
een ander ofanderen,
althans alleen, al dan nietopzettelijk, meermalen,
althans eenmaal, (een)handeling
(en
)heeft verricht als bedoeld in artikel 2 onder 35 sub a en/of b van de EG-verordening overbrenging van afvalstoffen, immers
/ofzijn mededader
(s
)in
of omstreeksde periode van 22 november 2018 tot en met 1 februari 2019 doende
een of meercontainers ( [containernummer 9] en
/of[containernummer 1] ), waarvan de inhoud bestond uit kunststofafval (B 3010) als bedoeld in Bijlage III van deze verordening over te brengen van Nederland naar Thailand, en
/of
/ofzijn mededader
(s
)in
of omstreeksde periode van 3 december 2018 tot en met 22 februari 2019 doende
een of meercontainers ( [containernummer 10] en
/of[containernummer 11] en
/of[containernummer 12] en
/of[containernummer 13] en
/of[containernummer 14] en
/of[containernummer 15] ), waarvan de inhoud bestond uit kunststofafval (B 3010) als bedoeld in Bijlage III van deze verordening, over te brengen van Nederland naar Thailand,
(en
)geschiedde zonder kennisgeving aan en/of toestemming van alle betrokken autoriteiten overeenkomstig genoemde verordening,
of omstreeksde periode van
810november 2018 tot en met 18 december 2018
althans in Nederland,tezamen en in vereniging met
een ander ofanderen,
althans alleen, al dan nietopzettelijk,
(een)handeling
(en
)heeft verricht als bedoeld in artikel 2 onder 35 sub a en/of b van de EG-verordening overbrenging van afvalstoffen,
was ofwaren hij, verdachte, en
/ofzijn mededader
(s
)doende één container ( [containernummer 16] ), waarvan de inhoud bestond uit kunststofafval (pvc kabel scrap) (GH 013
en/of B 3010) als bedoeld in Bijlage III van deze verordening, over te brengen van Nederland naar Nigeria,
of omstreeksde periode van 26 juli 2019 tot en met 12 augustus 2019 te Uithoorn en/of Venlo,
in elk geval in Nederland,tezamen en in vereniging met
een ander ofanderen,
althans alleen, al dan nietopzettelijk, meermalen,
althans eenmaal, (een)handeling
(en
)heeft verricht als bedoeld in artikel 2 onder 35 sub a en/of b van de EG Verordening overbrenging afvalstoffen,
was ofwaren hij, verdachte, en
/ofzijn mededader
(s
)doende
een of meercontainers ( [containernummer 2] en
/of[containernummer 17] en
/of[containernummer 18] ), waarvan de inhoud bestond uit plastic afval vermengd/verontreinigd met (onder andere) papier en/of karton en/of hout en/of glas en/of drankblikjes en/of glas, in elk geval uit (een) niet in bijlage III en/of bijlage III A en/of bijlage III B van genoemde verordening (onder één code) ingedeeld(e) (mengsel van) afvalstof(fen), over te brengen van Nederland naar Turkije,
op een of meer tijdstip(pen)in
of omstreeksde periode van 28 november 2017 tot en met 15 januari 2020 te Uithoorn en/of Hoofddorp en/of Amsterdam
en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander
of anderen,
althans alleen,als bestuurder van een rechtspersoon, te weten [bedrijf 2] , welke vennootschap bij vonnis van de rechtbank Amsterdam op 28 november 2017 in staat van faillissement is verklaard, desgevraagd opzettelijk niet terstond, overeenkomstig de op hem rustende wettelijke verplichtingen ter zake, een ingevolge de wettelijke verplichtingen gevoerde en bewaarde administratie en de daartoe behorende boeken, bescheiden en andere gegevensdragers in ongeschonden vorm, zo nodig met de hulpmiddelen om de inhoud binnen redelijke termijn leesbaar te maken, aan de curator heeft verstrekt,
/ofzijn mededader
(s)niet terstond nadat de curator
(en
)hier (meermalen) om had
(den
)verzocht de
(gehele
)administratie (onder meer factu
(u)r
(en
)en
/ofde (gehele)(digitale) boekhouding en
/ofbankafschriften en
/ofcorrespondentie en/of (een kopie van) lopende overeenkomsten
en/of de meest recente crediteurenlijst en/of debiteurenlijst en/of een voorraadlijst en/of overzicht overige activaen
/ofjaarstukken vanaf de oprichtingsdatum) aan de curator
(en
)in het faillissement van voornoemde rechtspersoon verstrekt
;
6.Strafbaarheid feiten
1.Primair,
medeplegen van het overtreden van een voorschrift, gesteld bij artikel 10.60, tweede lid, van de Wet milieubeheer, opzettelijk begaan, meermalen gepleegd;
2.primair,
medeplegen van het overtreden van een voorschrift, gesteld bij artikel 10.60, tweede lid, van de Wet milieubeheer, opzettelijk begaan, meermalen gepleegd;
3.primair,
medeplegen van het overtreden van een voorschrift, gesteld bij artikel 10.60, tweede lid, van de Wet milieubeheer, opzettelijk begaan;
4.primair,
medeplegen van het overtreden van een voorschrift, gesteld bij artikel 10.60, tweede lid, van de Wet milieubeheer, opzettelijk begaan, meermalen gepleegd;
5.primair,
medeplegen van als bestuurder van een rechtspersoon, tijdens het faillissement van de rechtspersoon, desgevraagd opzettelijk niet terstond, overeenkomstig de op hem rustende wettelijke verplichtingen ter zake, een ingevolge de wettelijke verplichtingen gevoerde en bewaarde administratie en de daartoe behorende boeken, bescheiden en andere gegevensdragers in ongeschonden vorm, zo nodig met de hulpmiddelen om de inhoud binnen redelijke termijn leesbaar te maken, aan de curator verstrekken.
7.Strafbaarheid verdachte
iemandzich van de toepasselijke EVOA-wetgeving – hoe complex ook – op de hoogte had moeten (laten) stellen, dan was het [verdachte] wel. Daarbij komt nog dat van [verdachte] , gelet op zijn ervaring en positie in deze branche, zijn uitlatingen (zoals hierboven weergegeven) en de inhoud van de samenwerkingsovereenkomst met [medeverdachte rechtspersoon] kennelijk wel degelijk goed op de hoogte was van de wet- en regelgeving op dit gebied.
8.Motivering straffen
9.Vordering benadeelde partij
10.Toepasselijke wettelijke voorschriften
11.Bijlagen
12.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 1 (één) jaar;
2 (twee) jaren;
taakstraf voor de duur van 240 (tweehonderdveertig) uren, waarbij Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
120 (honderdtwintig) dagen;
opzettelijkniet terstond,