Uitspraak
[verdachte],
Het onderdeel van het vonnis dat moet worden hersteld
De beslissing
ontzetde verdachte van het recht tot uitoefening van het beroep van bestuurder van een rechtspersoon voor de duur van5 (vijf) jaren;
Rechtbank Rotterdam
Op 23 juli 2025 heeft de Rechtbank Rotterdam een herstelvonnis uitgesproken in de strafzaak met parketnummer 83/033832-22. Dit herstelvonnis betreft een eerdere uitspraak van de meervoudige economische kamer voor strafzaken, die op 22 juli 2025 werd gedaan. De rechtbank constateerde dat er een fout was gemaakt in het dictum van het eerdere vonnis, waarbij het aan de verdachte opgelegde beroepsverbod voor de duur van vijf jaren abusievelijk niet was opgenomen. De rechtbank oordeelde dat dit een kennelijke misslag was en besloot deze fout te herstellen door het dictum aan te passen.
In het herstelvonnis handhaaft de rechtbank haar eerdere beslissing van 22 juli 2025 en voegt daaraan toe dat de griffier dit vonnis moet hechten aan het originele vonnis en dit per brief ter kennis moet brengen van de verdachte, zijn raadsman en de officier van justitie. De rechtbank ontzet de verdachte van het recht tot uitoefening van het beroep van bestuurder van een rechtspersoon voor de duur van vijf jaren. Dit vonnis is uitgesproken op de openbare terechtzitting van de rechtbank op 23 juli 2025, waarbij de oudste en jongste rechter buiten staat waren om het vonnis mede te ondertekenen.