ECLI:NL:RBSGR:1999:AA1075
Rechtbank 's-Gravenhage
- Voorlopige voorziening
- T.M.A. Claessens
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening inzake openbaarmaking verslagen commissie Hofstee
In deze zaak heeft de president van de Arrondissementsrechtbank 's-Gravenhage op 17 juni 1999 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening. Eiser, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde en zijn zoon, verzocht om openbaarmaking van verslagen van de commissie Hofstee, die belast was met het onderzoeken van beschuldigingen van plagiaat in zijn werk. Verweerder, het college van Bestuur van de Rijksuniversiteit Leiden, had het bezwaar van eiser tegen een eerder besluit ongegrond verklaard, met het argument dat de verslagen niet openbaar gemaakt hoefden te worden op basis van de Wet Openbaarheid van Bestuur (WOB). De president heeft vastgesteld dat de commissie Hofstee geen bestuursorgaan is in de zin van de WOB en dat de verslagen niet onder de definitie van documenten vallen die openbaar gemaakt moeten worden. De president heeft het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen, omdat eiser geen belang meer had bij zijn verzoek na de uitspraak. De president heeft het beroep ongegrond verklaard en het verzoek om toepassing van artikel 8:81 van de Awb afgewezen. Tegen deze uitspraak staat hoger beroep open bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.