ECLI:NL:RBSGR:2000:AA5710
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M.J. van den Bergh
- Rechtspraak.nl
Toewijzing van een vergunning tot verblijf op basis van klemmende redenen van humanitaire aard en relevant arbeidsverleden
In deze zaak gaat het om de aanvraag van eiser, A, die sinds 1987 in Nederland verblijft en de Egyptische nationaliteit bezit. Eiser heeft op 20 augustus 1998 een aanvraag ingediend voor een vergunning tot verblijf met als doel het verrichten van gespecialiseerde arbeid. Deze aanvraag werd op 29 augustus 1998 door de Staatssecretaris van Justitie afgewezen. Eiser heeft hiertegen bezwaar gemaakt en verzocht om een voorlopige voorziening, welke door de president van de rechtbank op 25 september 1998 werd toegewezen. Op 26 mei 1999 verklaarde de Staatssecretaris het bezwaar ongegrond, waarna eiser op 9 juni 1999 beroep instelde bij de rechtbank.
De rechtbank heeft in deze procedure beoordeeld of de afwijzing van de vergunning tot verblijf rechtmatig was. Eiser stelde dat hij in aanmerking kwam voor een vergunning op basis van klemmende redenen van humanitaire aard, gezien zijn langdurige arbeidsverleden. Hij voerde aan dat de afwijzing onterecht was, omdat deze mede was gebaseerd op een weigering van een tewerkstellingsvergunning. Eiser betoogde dat er sprake was van een ongelijkheidsbeginsel, omdat anderen in vergelijkbare situaties wel een vergunning hadden gekregen.
De rechtbank oordeelde dat de Staatssecretaris terecht had vastgesteld dat eiser niet in aanmerking kwam voor de gevraagde vergunning. De rechtbank vond dat er geen nieuwe feiten of omstandigheden waren die een andere beslissing rechtvaardigden. Bovendien was de rechtbank van mening dat de belangen van eiser niet zwaarder wogen dan de belangen van de Nederlandse samenleving. De rechtbank schorste het onderzoek ter zitting voor de behandeling van de aanhangige WAV-zaak, maar verklaarde het beroep van eiser voor het overige ongegrond. De uitspraak werd gedaan op 17 februari 2000 door mr. M.J. van den Bergh, in aanwezigheid van griffier mr. E. Jans.