ECLI:NL:RBSGR:2000:AA5945
Rechtbank 's-Gravenhage
- Voorlopige voorziening+bodemzaak
- A.C.J. van Dooijeweert
- C.W. Rang
- A.H. Schotman
- Rechtspraak.nl
Toelating als vluchteling en verlening van een vergunning tot verblijf op grond van het driejarenbeleid
In deze zaak gaat het om de aanvragen van eisers, A en B, echtelieden van Somalische nationaliteit, die sinds 31 oktober 1995 in Nederland verblijven. Op 1 november 1995 hebben zij een aanvraag ingediend voor toelating als vluchteling en voor een vergunning tot verblijf om humanitaire redenen. De aanvragen zijn op 24 juni 1996 door de Staatssecretaris van Justitie afgewezen wegens kennelijke ongegrondheid. Eisers hebben hiertegen bezwaar gemaakt en een verzoek om voorlopige voorziening ingediend. De rechtbank heeft op 19 juni 1998 het beroep van eisers gedeeltelijk gegrond verklaard, maar het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen. Vervolgens heeft de Staatssecretaris op 3 februari 1999 opnieuw de aanvragen van eisers afgewezen, waarop zij op 24 februari 1999 beroep hebben ingesteld.
De rechtbank heeft de behandeling van het beroep op 28 september 1999 voortgezet en het onderzoek heropend. De zaak is uiteindelijk behandeld op 7 april 2000. Eisers stellen dat zij in aanmerking komen voor een vergunning tot verblijf op grond van het driejarenbeleid, omdat er meer dan drie jaar is verstreken sinds hun aanvraag en zij nog geen beslissing hebben ontvangen. De Staatssecretaris betwist dit en stelt dat de periode waarin alleen geprocedeerd wordt over de vvtv niet meetelt als relevant tijdsverloop.
De rechtbank oordeelt dat de bestreden besluiten van de Staatssecretaris ondeugdelijk zijn gemotiveerd. De rechtbank concludeert dat eisers recht hebben op een vergunning tot verblijf op grond van het driejarenbeleid, omdat zij nog steeds bescherming zoeken tegen risico's in hun land van herkomst. De rechtbank vernietigt de besluiten van de Staatssecretaris en verplicht deze om nieuwe besluiten te nemen, rekening houdend met de uitspraak. Tevens wordt de Staatssecretaris veroordeeld in de proceskosten van eisers.