ECLI:NL:RBSGR:2000:AA6649
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- W.J. van Bennekom
- Rechtspraak.nl
Toewijzing van een machtiging tot voorlopig verblijf voor een Marokkaanse vrouw op basis van gezinshereniging
In deze zaak heeft de rechtbank 's-Gravenhage op 23 mei 2000 uitspraak gedaan in een beroep van eiseres, een 75-jarige Marokkaanse vrouw, tegen de afwijzing van haar aanvraag voor een machtiging tot voorlopig verblijf (mvv) door de Minister van Buitenlandse Zaken. Eiseres, die in Marokko woont, is de moeder van referent, die sinds 1986 in Nederland verblijft en een vergunning tot verblijf heeft. De aanvraag voor de mvv werd ingediend door referent op 8 september 1998, maar werd afgewezen op 2 februari 1999. Eiseres maakte bezwaar, maar dit werd ongegrond verklaard. In beroep verzocht eiseres de rechtbank om het besluit te vernietigen en haar een mvv te verlenen, onder verwijzing naar humanitaire redenen en het beleid inzake gezinshereniging.
De rechtbank oordeelde dat verweerder niet voldoende had gemotiveerd waarom de afwijzing van de mvv niet in strijd was met het beleid inzake gezinshereniging. Eiseres had jarenlang samengewoond met haar zoon en zijn gezin in Nederland en had geen familie meer in Marokko. De rechtbank concludeerde dat de achterlating van eiseres in Marokko van onevenredige hardheid getuigde, gezien haar leeftijd en de omstandigheden. De rechtbank vernietigde het bestreden besluit en verleende eiseres de gevraagde mvv, waarbij werd opgemerkt dat de verweerder niet in staat was om aan te tonen dat de achterlating van eiseres niet van onevenredige hardheid getuigde.
Daarnaast werd verweerder veroordeeld in de proceskosten van eiseres, die op ƒ 1.420,= werden begroot. De uitspraak benadrukt het belang van gezinshereniging en de bescherming van kwetsbare groepen, zoals ouderen, in het vreemdelingenrecht.